10
Transport, bewaring en verwijdering
10.1 Apparaat ontluchten
Wij adviseren het apparaat te ontluchten als het gedurende langere tijd niet
wordt gebruikt, voor het wordt getransporteerd of bij vorstgevaar.
Bij het ontluchten wordt het resterende water uit het apparaat verwijderd.
Voorwaarde: op de display staat de stand-by-indicatie.
1. Plaats een kopje of glas onder de uitloop.
2. Houd de toets „menu/ok" langer dan 2 seconden ingedrukt.
»
Het menu verschijnt op de display.
3. Navigeer naar het menu Systeem > Ontluchten.
4. Kies met de pijltoetsen Start en bevestig met „menu/ok".
5. Volg de verdere aanwijzingen op de display.
»
Het apparaat wordt nu uitgeschakeld.
10.2 Apparaat transporteren
OPGELET
Bevroren restwater kan schade aan het apparaat veroorzaken.
Zorg ervoor dat het apparaat niet wordt blootgesteld aan temperaturen
onder 0 °C.
Informatie
Transporteer het apparaat in de originele verpakking. Op die manier
vermijdt u transportschade.
Voer de volgende stappen uit voor u het apparaat transporteert:
1. Ontlucht het apparaat (zie hoofdstuk 10.1 Apparaat ontluchten op
pagina 181).
2. Leeg het lekbakje en de residubak.
3. Leeg de watertank.
4. Leeg het bonenreservoir.
5. Reinig het apparaat (zie hoofdstuk 8.1 Algemene reiniging op
pagina 170).
6. Bevestig losse onderdelen (druprooster enz.) met geschikt plakband.
7. Verpak het apparaat.
Transport, bewaring en verwijdering
181