Hurricane HATI 18 LI Manuel D'utilisation page 43

b) Laad de batterijen alleen op in een door de
fabrikant aanbevolen oplaadapparaat. Voor een
oplaadapparaat die geschikt is voor een specifieke
soort oplaadbare batterijen bestaat brandgevaar als
er andere batterijen ingestopt worden.
c) Gebruik alleen de voorgeschrevene batterijen in
de elektrische apparaten. Het gebruik van andere
batterijen kan tot ongevallen en brandgevaar leiden.
d) Hou de niet gebruikte batterijen uit de buurt van
nietjes, munten, sleutels, spijkers, schroeven en
andere kleine metalen onderdelen die een over-
brugging van de contacten kan veroorzaken.
Kortsluiting van de batterij kontakten kan verbran-
dingen of vuur ten gevolge hebben.
e) Bij verkeerd gebruik kan er een vloeistof uit
de batterij stromen. Vermijd het aanraken van
deze vloeistof. Bij toevallig contact onmiddellijk
afspoelen met water. Bij aanraking van deze
vloeistof met de ogen moet u, na het afspoelen
met water, een arts raadplegen. Uitstromende
batterij vloeistof kan tot huidscheuren of verbran-
dingen leiden.
Aanwijzing voor gebruik van de accu
1. De accu is in de aangeleverde toestand niet opgela-
den – voor gebruik de accu eerst opladen (zie punt
– het laden van de accu)
2. Accu mag U nooit open maken!
3. Gebruikte accu nooit weggooien in het vuur - EXPLO-
SIE GEVAAR !
4. Sluit de oplader alleen aan op die netspanning die
aangegeven is op het typeplaatje.
5. Maak gebruik alleen van originele accu.
6. Laad nooit de accu met een oplader van andere
producent. De gevolgen hier van kunnen zijn be-
schadiging van accu of oververhitting, dit kan leiden
tot ongeval.
7. Bij langdurige werking kan de accu warm worden.
Laat deze voor het opladen afkoelen.
8. Oplader en accu bewaren buiten bereik van kinderen.
9. Maak geen gebruik van oplader in omgeving met
dampen of met brandbare vloeistoffen.
10. Laad de accu op alleen bij de temperatuur 10°C tot
40° C.
11. Zorg ervoor dat de accu nooit bewaard wordt bij de
temperatuur boven de 40°C.
12. Accu tegen hitte, sterke zonnestraling en vuur be-
schermen. Explosiegevaar.
13. Bij beschadiging van de accu kunnen er schadelijke
dampen of vloeistoffen vrijkomen. Bij onopzettelijk
contact met water afspoelen en direct een arts raad-
plegen. De vloeistof kan huidirritaties en brandwon-
den veroorzaken.
14. Contacten van de accu nooit kortsluiten en niet kop-
pelen met metalen voorwerpen.
15. Bij vervoeren van de accu zorg ervoor dat de con-
tacten niet gekoppeld zijn, gebruik geen metalen
opbergdoos.
16. Kortsluiting van de accu kan leiden tot explosie. Kort-
sluiting doet de accu beschadigen.
17. Controleer regelmatig de kabel op beschadiging. Laat
de beschadigde kabel wisselen.
NL | Gebruiksaanwijzing
18. De accu heeft een ontlading bescherming: Het ap-
paraat wordt automatisch uitgeschakeld wanneer
een ontladen accu. Download onmiddellijk in dit
geval de accu.
19. Voor dat U de accu voor de winter opslaat laad deze
nog eens volledig op.
Verwijderen van accu's i.v.m. afvalverwerking
Laden van de accu
• Om de accu uit het apparaat te verwijderen, de
vergrendelingsknop (15) indrukken en de accu eruit
trekken (afb. 1).
• Sluit de lader (16) aan op het stopcontact. Controleer
of de netspanning, die is aangegeven op de lader,
overeenkomt met de netspanning van het stopcontact.
De groene lamp op de lader brandt.
• Schuif de accu (14) in het laadstation. Het plaatsen is
slechts op één manier mogelijk (afb. 2).
• Het opladen wordt door het rode controlelampje op de
lader (16) weergegeven. Op het laadstation (17) knip-
peren afwisselend de 3 groene LED's.
• Als de accu vol is, schakelt het controlelampje op de
lader (16) van rood naar groen. Het laadproces wordt
automatisch beëindigd. Op het laadstation (17) gaan
de 3 LED's uit.
• De laadtijd bedraagt ca. 3-5 uur. Tijdens het laad-
proces wordt de accu warmer. Dit is normaal en is
geen fout. Haal de accu na maximaal 5 uur uit het
laadstation.
Opmerking: Mogelijk kan bij het laadproces een over-
schrijding van de temperatuur ontstaan. Om bescha-
digingen aan de accu te voorkomen, onderbreekt de
laadelektronica in dit geval het laadproces. De rode con-
trolelamp brandt continu. Haal in dit geval de accu uit het
laadstation en laat deze ca. 30 minuten afkoelen. Start
daarna opnieuw het laadproces, door de accu opnieuw
in het laadstation te schuiven.
• U hoeft niet toe te zien op de laadtijd.
• Bij niet-gebruik de oplader uit het stopcontact ver-
wijderen.
• Als de accu niet wordt opgeladen dient u te controleren
of er spanning op het stopcontact staat. Als laden van
de accu niet mogelijk is, geeft u de oplader en de accu
af bij het servicepunt of bij een erkend reparatiebedrijf.
Voor het controleren van de laadtoestand druk u op knop
X (afb. 2).
De volgende aanduidingen zijn mogelijk:
• Alle 3 controlelampen aan: Accu vol
NL-5
Neemt u a.u.b. de volgende aanwijzingen voor
het verwijderen van accu's en batterijen in acht:
Batterijen horen niet in het huisvuil. Als con-
sument bent u wettelijk verplicht om gebruikte
batterijen resp. accu's terug te geven. Aan
het einde van de levensduur van uw apparaat
moeten de batterijen resp. accu's uit het toestel
worden gehaald en apart ter verwerking worden
aangeboden. U kunt uw oude batterijen en
accu's bij de plaatselijke verzameldepots of bij
uw handelaar resp. het verkooppunt afgeven.
(afb. 1 en 2)