6 Buitenbedrijfstelling
6
Buitenbedrijfstelling
LET OP
Schade door oververhitting
Vloeistofgekoelde slangenpakketten kunnen bij oververhitting gaan lekken.
► Laat het koelapparaat na het lassen ongeveer 5 min. doorlopen.
1 Stop met lassen.
2 Wacht de gasnastroomtijd af en schakel de lasstroombron uit.
7
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING
Verwondingsgevaar door naar buiten komend heet koelmiddel
Als de koelmiddelslang tijdens of direct na het gebruik wordt losgekoppeld, kan koelmiddel naar buiten spuiten. Dit kan brandwonden of irritatie van huid en
slijmvliezen veroorzaken.
► Laat de lastoortsen en het koelmiddel afkoelen.
► Controleer altijd vooraf uw persoonlijke beschermingsuitrusting en draag deze tijdens de werkzaamheden.
WAARSCHUWING
Gevaar voor brandwonden door heet oppervlak
De lastoortsen worden tijdens het lassen uiterst heet. Zware verbranding kan het gevolg zijn.
► Laat de lastoortsen afkoelen voordat u deze aanraakt.
► Draag geschikte veiligheidshandschoenen.
VOORZICHTIG
Verwondingsgevaar door onverwacht opstarten
Als tijdens onderhouds-, reinigings- of demontagewerkzaamheden spanning op het apparaat staat, kunnen onderdelen onverwacht opstarten en verwondingen
veroorzaken.
► Schakel het apparaat uit.
► Sluit alle toevoerleidingen af.
► Koppel de elektrische energievoorziening los.
7.1
Slijtonderdelen vervangen, afb. 5
LET OP
Schade door gebruik van ongeschikte slijtonderdelen en ongeschikt montagegereedschap
Het gebruik van slijtonderdelen van andere fabrikanten en een onjuiste montage van slijtonderdelen kunnen schade aan de lastoorts veroorzaken en de
lasresultaten negatief beïnvloeden.
► Gebruik uitsluitend originele ABICOR BINZEL-slijtonderdelen.
► Gebruik voor de montage en demontage van de slijtonderdelen de ABICOR BINZEL-multisleutel.
► Let op een juiste toewijzing van de lastoortsspecifieke slijtonderdelen.
► Houd de juiste volgorde aan bij de montage.
De zwanenhals kan afhankelijk van de laswerkzaamheden van verschillende
slijtonderdelen worden voorzien.
7.2
Draadgeleiding kiezen en monteren
1 Kies een lasmateriaal dat geschikt is voor de betreffende
laswerkzaamheden.
2 Monteer een draadgeleiding die geschikt is voor het lasmateriaal.
7.2.1
Geleidingsspiraal inkorten en monteren, afb. 4
1 Leg het slangenpakket gestrekt uit.
2 Aan zwanenhals: verwijder de slijtonderdelen.
3 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer los.
4 Aan centrale stekker: trek de geleidingsspiraal naar buiten en vervang
deze door een nieuwe. Schuif de nieuwe spiraal tot de aanslag in de
draaddoorvoerslang.
5 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer handvast.
6 Aan zwanenhals: snijd de overlengte van de geleidingsspiraal vlak met
de opening af met behulp van een zijkniptang.
NL - 110
3 Sluit het ventiel van de beschermgasfles.
4 Schakel het koelapparaat uit.
► Bestelgegevens en productnummers van de uitrustings- en slijtonderdelen
vindt u in de actuele besteldocumenten.
► Monteer de slijtonderdelen volgens de afbeelding.
Staal: Geleidingsspiraal inkorten en monteren, afb. 4
Roestvrij staal, aluminium, koper, nikkel: Kunststofgeleider monteren en
inkorten, afb. 3
7 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer los.
8 Trek de geleidingsspiraal weer naar buiten.
9 Ontbraam de geleidingsspiraal en schuin deze af (hoek ca. 40°).
10 Aan centrale stekker: schuif de geleidingsspiraal weer tot de aanslag in
de draaddoorvoerslang.
11 Aan centrale stekker: schroef de wartelmoer handvast.
12 Aan zwanenhals: monteer de slijtonderdelen.
4.3 Slangenpakket aansluiten, afb. 1 op pagina NL-109
®
xFUME
AUT