Storingen en oplossingen
Storing
De led gaat niet branden
wanneer de kookplaat is
aangesloten.
Bepaalde toetsen werken
niet of het led-display werkt
niet naar behoren.
De kookmodusindicator
gaat aan, maar het
verwarmen start niet.
De verwarming stopt
plotseling tijdens het
gebruik en het symbool
knippert op het display.
Verwarmingszones aan
dezelfde kant (bijvoorbeeld
eerste en tweede zone)
geven het symbool
weer.
De ventilatormotor klinkt
abnormaal.
Het bovenstaande vertegenwoordigt de inschatting en vaststelling van veelvoorkomende fouten.
Haal het apparaat niet zelf uit elkaar om gevaren en schade aan de inductiekookplaat te voorkomen.
Probleem
Er is geen voeding.
Er is een storing in de verbinding
tussen de voedingsmodule en
de displaymodule.
De voedingsmodule is defect.
De displaymodule is defect.
Hoge temperatuur van de
kookplaat.
Er is iets mis met de ventilator.
De voedingsmodule is defect.
Verkeerd type pan.
Diameter van de pan is te klein.
De kookplaat is oververhit.
Storing in de verbinding tussen
voedingsmodule en
displaymodule.
Het communicatiegedeelte van
de displaymodule is defect.
De voedingsmodule is defect.
De ventilatormotor is defect.
Oplossing
Controleer of de stekker stevig in het
stopcontact zit en of het stopcontact werkt.
Controleer de verbinding.
Vervang de voedingsmodule.
Vervang de displaymodule.
Kamertemperatuur is wellicht te hoog. De
luchtinlaat of -opening is mogelijk
geblokkeerd.
Controleer of de ventilator soepel draait. Zo
niet, vervang dan de ventilator.
Vervang de voedingsmodule.
Gebruik een geschikte pan (zie 'Pan').
De kookplaat is oververhit. Wacht tot de
temperatuur weer normaal is. Tik op
de kookplaat opnieuw in te schakelen.
Het pan-detectiecircuit is defect, vervang de
voedingsmodule.
Controleer de verbinding.
Vervang de displaymodule.
Vervang de voedingsmodule.
Vervang de ventilator.
58
om