- Bewaar benzine niet
voor een langere
periode. Door het
verdampen van
vluchtige bestanddelen
en additieven wordt de
kwaliteit beïnvloed.
1. Schakel het apparaat
uit voordat u de
benzinetankdop (11)
verwijdert en laat de motor
minstens 2 minuten afkoelen.
2. Reinig het gebied rond
de benzinetankdop (11)
en verwijder vuil en
aanslag. Verwijder de
benzinetankdop (11).
3. Vul benzine in de tank bij.
Vul de tank alleen tot aan
het onderste uiteinde van de
tankhals, omwille van het
uitzetten van de benzine.
4. Veeg benzineresten af en
plaats de tankdop (11)
terug.
De Li-Ion startaccu
opladen (Afb. A, K)
Let op! Onjuist gebruik
van de accu en de
acculader kan brand
of elektrische schokken
veroorzaken.
Let op! Houd de
acculader en de accu
droog. Stel het apparaat
en de acculader niet bloot
aan regen of vocht.
Let op! Om het risico
van elektrische schokken
te vermijden, mag
er geen water in de
wisselstroomstekker lopen.
1. Sluit de acculader (35) aan
op het stopcontact.
2. Vóór de eerste belading
van de Batterijen moeten
eerst de Veiligheidssticker
verwijderd zijn.
3. Steek de Li-Ion startaccu (9)
in de acculader tot deze
vastklikt.
NL
BE
99