2. Trek de veiligheidsbeugel (
in de richting van de hoofdlig-
ger van de handgreep en houd
deze tegen.
3. Trek aan de startergreep (
4. Wanneer de motor start, laat u
de startergreep langzaam terug
in de startkabelgeleiding
(
21) glijden.
Motor stoppen:
5. Laat de veiligheidsbeugel (
los. De motor schakelt uit en het
mes wordt afgeremd.
Mocht de accu na langere ontla-
ding niet meer opgeladen worden
tijdens het maaiproces, dan kunt
u deze met een externe acculader
opladen. Hiervoor moet de insteek-
verbinding (31) losgemaakt worden
en op een geschikte lader (niet mee-
geleverd) worden aangesloten.
Controleer regelmatig het messen-
stopsysteem:
Laat de veiligheidsbeugel (3) los.
De motor wordt uitgeschakeld en
het mes wordt geremd. Het mes
moet binnen 7 seconden stoppen.
Maaien
1. Start de motor (zie
2. Zet de chokehendel (26) in po-
sitie
.
3. Wielaandrijving :
Aan: trek de aandrijfbeugel (2)
n de richting van de hoofdligger
van de handgreep, de maaier
beweegt voorwaarts.
Uit: laat de aandrijfbeugel (2)
los. Het apparaat blijft stilstaan.
3)
22)
Niveau-indicator
3)
Zijdelings aan de grasvangmand (
is een niveau-indicator (
bracht. De aërodynamische luchtgeleiding
van de klep zorgt aanvullend voor de opti-
male vulling.
GO
STOP
Werkinstructies
•
Maai zo droog mogelijk gras om de
grasnerf te ontzien.
•
Stel de snoeihoogte zodanig in, dat
het apparaat niet overbelast wordt.
•
Breng het apparaat stapvoets in zo
recht mogelijke stroken. Om compleet
te maaien, moeten de banen elkaar
altijd enkele centimeters overlappen.
•
Beweeg niet achterwaarts.
).
•
Werk op hellingen altijd dwars op de
helling.
•
Indien de messen met een vreemd
voorwerp in aanraking komen, zet u
de motor onmiddellijk uit. Wacht de
stilstand van het mes af en controleer
het apparaat op beschadigingen. Her-
vat het werk uitsluitend bij een onbe-
schadigd apparaat.
•
Schakel bij langere werkonderbrekin-
gen en voor het transport het appa-
Zet voor korte werkonderbrekingen
en voor een vermindering van het
geluid de chokehendel (26) in posi-
tie
.
De wijziging van het motortoeren-
tal via de beide posities
heeft geen invloed op de snelheid
van de aandrijfwielen. Deze zijn
niet regelbaar.
Klep geopend:
Grasvangmand leeg
Klep gesloten:
Grasvangmand vol
NL
+
19)
19a) aange-
69