Veiligheidsinstructies
Algemene veiligheidsvoorzieningen
Bij de installatie, het gebruik, het onderhoud of de reparatie van de installatie moeten de ongevalpreventievoor-
schriften, de in aanmerking komende DIN- en VDE-normen en -richtlijnen alsmede de voorschriften van de plaats-
elijke energietoeleveringsbedrijven in acht worden genomen.
Verder dienen ook de veiligheidsvoorschriften m.b.t. de explosiebeveiliging in afvalwatertechnische installaties
bepaling te worden opgevolgd. In gevarenzones, bv. pompstations en zuiveringsinstallaties die onderhevig zijn
aan de verplichtingen van de ongevallenverzekeraars van de overheid, dienen apparaten met explosiebeveiligde
uitvoering te worden voorzien. Inbouw, elektrische installatie en inbedrijfstelling uitsluitend door geschoold per-
soneel.
Personeelskwalificatie en -scholing
Het personeel voor bediening, onderhoud, inspectie en montage moet de navenante kwalificatie voor deze werk-
zaamheden bezitten.
Verantwoordelijkheidsbereik, bevoegdheid en de controle over het personeel moeten door de exploitant nau-
wkeurig geregeld zijn. Als het personeel niet beschikt over de noodzakelijk kennis, dan moet dit worden geschoold
en geïnstrueerd. Dit kan zo nodig namens de exploitant van de pomp gebeuren door de fabrikant/leverancier.
Verder moet door de exploitant worden gewaarborgd dat de inhoud van de bedieningshandleiding volledig door
het personeel wordt begrepen. Er moet daaromtrent een gedocumenteerde instructie plaatshebben.
Gevaar door elektrische spanning
Deze installatie bezit elektrische spanningen en stuurt draaiende mechanische installatieonderdelen aan. Indien
de gebruiksaanwijzing niet wordt opgevolgd, kunnen aanzienlijke materiële schade, lichamelijk letsel of zelfs
dodelijke ongevallen het gevolg zijn.
Vóór alle werkzaamheden aan de installatie moet deze veilig van het net worden losgekoppeld. Hoofdschakelaar
en zekeringen moeten uitgeschakeld, d.w.z. vrij van spanning, worden geschakeld en worden beveiligd tegen her-
nieuwde inschakeling. Als er uitsluitend zekeringen aanwezig zijn, moeten deze worden uitgeschakeld en worden
voorzien van een aanwijzing, zodat derden de hoofdzekering niet opnieuw kunnen inschakelen.
Voor alle elektrische werkzaamheden geldt VDE 0100.
De installatie moet via een lekstroomvoorziening (RCD) met nominale lekstroom van niet meer dan 30 mA worden
gevoed.
Het schakelapparaat alsmede de vlotters resp. niveauregeling staan onder spanning en mogen niet worden
geopend. Uitsluitend gediplomeerde elektriciens mogen werkzaamheden de aan elektrische voorzieningen uit-
voeren. Het begrip gediplomeerd elektricien staat gedefinieerd in VDE 0105.
Er moet worden gewaarborgd dat de elektriciteitskabels en alle elektrische installatieonderdelen in perfecte staat
verkeren. Bij beschadiging mag de installatie in geen geval in bedrijf worden genomen, of moet direct worden
uitgezet.
Gevaar voor verbranding van handen en vingers
De aandrijfmotor kan tijdens het bedrijf een hoge temperatuur ontwikkelen.
Kans op verwondingen van handen en vingers
Werkzaamheden aan de pomp mogen uitsluitend worden uitgevoerd, wanneer de stroom uitgeschakeld is en
bewegende onderdelen niet meer draaien.
Bij onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet worden gelet op scherpe randen.
Gevaar voor uitglijden/kneuzen/schok
Er bestaat gevaar voor uitglijden bij binnengaan van de schacht. Er moet een geschikt hulpmiddel voor het naar
binnen gaan aanwezig zijn. Daarom moet veiligheidshalve altijd een tweede persoon van buitenaf het naar binnen
gaan controleren.
59 /84
328-221
2017/02