7.5 Het mobiliteitshulpmiddel vervoeren zonder
rolstoelgebruiker
LET OP!
Risico op lichamelijk letsel
– Als u het mobiliteitshulpmiddel niet zelf goed
kunt vastzetten in een voertuig, raadt Invacare
aan het mobiliteitshulpmiddel niet zelf te
vervoeren.
Uw mobiliteitshulpmiddel kan zonder beperkingen worden
vervoerd, over de weg, over het spoor of in de lucht.
De afzonderlijke vervoersmaatschappijen hebben echter
richtlijnen die bepaalde transportprocedures mogelijk
beperken of verbieden. Vraag elk apart geval na bij het
transportbedrijf.
•
Voordat u het mobiliteitshulpmiddel gaat vervoeren,
moet u ervoor zorgen dat de motoren zijn gekoppeld en
dat de bedieningskast is uitgeschakeld.
Invacare raadt ten zeerste aan de accu's los te koppelen
en te verwijderen. Raadpleeg De accu's verwijderen.
8.2 Inspectielijst
De onderstaande tabellen bevatten inspecties, die met de aangegeven tussenpozen door de gebruiker zelf moeten worden
uitgevoerd. Indien de elektrische rolstoel bij een van deze controles niet in orde wordt bevonden, verwijzen wij naar het
desbetreffende hoofdstuk in de handleiding of neem contact op met een geautoriseerde Invacare leverancier. Een uitgebreide
lijst van inspecties en instructies voor het onderhoud vindt u in de servicehandleiding van de elektrische rolstoel. De
servicehandleiding kan bij Invacare worden besteld. Deze bevat echter instructies voor speciaal opgeleide servicemonteurs en
beschrijft arbeidsstappen, die niet voor de eindverbruiker zijn bedoeld.
Controlewerkzaamheden (door gebruiker zelf uit te voeren)
Claxon:
Werking controleren. Bij een onjuiste werking contact met leverancier
opnemen.
Banden:
Op vreemde voorwerpen (glassplinters, spijkers) c.q. beschadigingen
controleren. Eventueel het banden vervangen.
Accu's / elektrisch systeem
Laadtoestand van de accu's controleren. Accu's evt. opladen (zie
De accu's opladen, pagina 60).
De toestand en correcte aansluiting van alle stekkerverbindingen
controleren. Stekkerverbinding evt. weer correct aansluiten.
Parkeerrem (indien aanwezig):
De werking van de parkeerrem controleren. Bij een defecte rem
contact met de leverancier opnemen.
8.3 Wielen en banden
Schade aan wielen aanpakken
Bij een beschadigd wiel moet u direct contact opnemen
met uw leverancier. Om veiligheidsredenen mag u het wiel
niet zelf en ook niet door niet-bevoegde personen laten
repareren.
Omgaan met pneumatische banden
Risico op beschadiging van band en velg
Rijd nooit met een te lage bandenspanning, omdat
de banden daardoor beschadigd kunnen raken.
Als de bandenspanning te hoog is, kan de velg
beschadigd raken.
– Pomp de banden op tot de aanbevolen
bandenspanning.
Controleer de bandenspanning met de bandmeter.
1675751-A
•
Het wordt ten zeerste aangeraden het
mobiliteitshulpmiddel aan de vloer van het
transportvoertuig vast te zetten.
8 Onderhoud
8.1 Inleiding tot onderhoud
De term 'onderhoud' verwijst naar alle taken die worden
uitgevoerd om ervoor te zorgen dat een medisch apparaat
goed werkt en klaar is voor het beoogde gebruik. Onderhoud
omvat verschillende zaken, zoals dagelijkse verzorging en
reiniging, inspecties, reparaties en herstel.
Het wordt aanbevolen om uw mobiliteitshulpmiddel
eenmaal per jaar te laten nakijken door een erkende
Invacare-leverancier, zodat het veilig en geschikt blijft
voor deelname aan het verkeer.
Voor iedere rit
Controleer wekelijks of de banden tot de juiste druk zijn
opgepompt, zie hoofdstuk Inspectiecontroles.
Voor de aanbevolen bandenspanning raadpleegt u de
inscriptie op de band/velg of neemt u contact op met
Invacare. Raadpleeg de tabel hieronder voor conversies.
psi
22
23
25
26
28
29
30
32
Wekelijks
Maandelijks
bar
1,5
1,6
1,7
1,8
1,9
2,0
2,1
2,2
63