NEDERLANDS
4. LED KANAAL VU-METER: Precieze niveau meters, voorzien van een piekwaarde
geheugen: piekwaarden blijven gedurende korte tijd op het scherm staan.
5. CUE / BPM COUNTER SELECTIE: Wordt gebruikt om het kanaal (CH-1 tot CH-5) te
selecteren dat via de koptelefoon kan worden voorbeluisterd. Als meerdere CUE-
toetsen samen worden ingedrukt dan is het mogelijk om deze kanalen samen voor te
beluisteren. De BPM-waarde van het geselecteerde kanaal (CH-1 tot CH-5) wordt op
de CUE BPM display(13C) weergegeven. Opgelet: de BPM-waarde wordt niet correct
weergegeven als er meer dan 1 ingangskanaal geselecteerd is!
6. CROSSFADER TOEWIJZINGSSCHAKELAARS: De linker zijde van de crossfader
draagt het label "A", de rechter zijde draagt het label "B". Ieder kanaal heeft een
toewijzingsschakelaar waarmee U kan bepalen of dit kanaal naar de linker of rechter
zijde van de crossfader geleid wordt:
Middenpositie: het kanaal is niet aan de crossfader toegewezen.
Linker "A" positie: het kanaal is aan de linker zijde van de crossfader
toegewezen. De bijbehorende LED licht nu op.
Rechter "B" positie: het kanaal is aan de rechter zijde van de crossfader
toegewezen. De bijbehorende LED licht nu op.
7. VCA KANAALFADERS: worden gebruikt om het volume van ieder kanaal in te stellen.
De SMX-2 maakt gebruik van de VCA technologie wat betekent dat er, in de plaats van
het geluidssignaal, een kleine gelijkspanning door de faders loopt. Hierdoor wordt de
mixer een stuk minder gevoelig voor het gekraak van versleten faders. De
kwaliteitsfaders kunnen gemakkelijk door de DJ zelf vervangen worden, zelfs terwijl de
mengtafel in gebruik is! Voor de exacte werkwijze verwijzen we U naar het hoofdstuk
"faders vervangen".
8. CROSSOVER EFFECT SELECT/START TOETSEN: Hiermee kiest U het gewenste
crossover effect. Twee effecten (Zip en Roll) staan ter beschikking:
ZIP EFFECT: Dit effect kan in FADER en AUTO mode gebruikt worden:
FADER MODE: Selecteer het Zip effect en beweeg de crossfader
van de ene zijde naar de andere. De toonhoogte van de muziek
zal verlagen tot volledige vervorming. Als de crossfader volledig
aan de andere zijde staat dan start de andere CD-speler
automatisch. Afhankelijk van de stand van de crossfader toont de display een
getal van 0 tot 99. De "X-parameter knop" (26) heeft geen invloed.
AUTO MODE: Druk de "Zip effect" toets terwijl de muziek speelt. De toonhoogte
van de muziek verlaagt tot nul terwijl de andere CD-speler automatisch start. De
display toont de lengte van de complete procedure. De lengte kan met de "X-
parameter knop"(26) worden aangepast.
ROLL EFFECT: Dit effect kan in FADER en AUTO mode gebruikt worden:
FADER MODE: Selecteer het roll effect en beweeg de
crossfader van de ene zijde naar de andere. Eerst zal de muziek
in lussen met een lengte van 1beat spelen. (display toont "1")
Nadien wordt de lengte van de lus verkort tot ½beat (display
toont "2") De lus wordt tenslotte slechts 1/8beat lang (display toont "4"). Zodra de
crossfader aan de andere zijde staat verlaagt het muziekvolume en start de
andere CD-speler automatisch. De "X-parameter knop" (26) heeft geen invloed.
AUTO MODE: Druk de "Roll effect" toets terwijl de muziek speelt. De muziek
speelt in steeds kleinere beat gesynchroniseerde lussen tot de andere CD-speler
automatisch start. De display toont de lengte van de complete procedure. De
lengte kan met de "X-parameter knop"(26) worden aangepast. Afhankelijk van de
SYNQ®
45/119
HANDLEIDING
SMX-2
NEDERLANDS
gekozen lengte zal het "roll patroon" worden aangepast in 1/1, ½, ¼ en 1/8 beat
lussen.
9. KANAAL FADER CURVE: past de curve van de kanaalfaders aan van zachte (linkse
positie) tot harde (rechtse positie) overgangen.
10. CROSS FADER CURVE: past de curve van de crossfader aan van zachte (linkse
positie) tot harde (rechtse positie) overgangen.
11. FADER START ON/OFF SCHAKELAAR: Met de crossfader van de SMX-2 kan U de
start/stop (re-cue) functies van CD-spelers met compatible faderstarts bedienen. Met
deze schakelaar kan u deze functie aan/uitschakelen.
12. FADER START INDICATORS: bij het gebruik van de crossover effecten geven deze
LEDs de status van de faderstartuitgangen aan:
LED uit: de aangesloten CD-speler staat in pauze.
LED knippert: de aangesloten CD-speler zal bijna van weergave naar pauze
overschakelen.
LED aann: de aangesloten CD-speler staat in weergave stand.
13. MULTIFUNCTIONELE DISPLAY: toont informatie over de verschillende functies:
A. EFFECTS BPM DISPLAY: Toont het ritme (of BPM: Beats Per Minute) van de
muziek aan de ingang van de effect module. Als de beatcounter om een bepaalde
reden de beats niet kan tellen dan zal de display knipperen tot het tellen kan
hernemen.
B. TIME (X) PARAMETER:
Effect modus: afhankelijk van het gekozen effect zal de display tijdsinformatie
(mSec), percenten (%) of filterfrequenties (kHz) tonen. Indien nodig kan U deze
waarden met de preset toetsen (23) en/of met de "X-parameter knop"(26)
bijregelen.
Sampler modus: Als de sampler in weergave mode staat dan geeft het scherm
het nummer van de gekozen geheugenbank (van 1 tot 99) aan. Als de sampler in
opname mode staat dan toont het scherm het aantal nog beschikbare seconden
in het samplergeheugen. Als er geen SD™-kaart aanwezig is dan toont het
scherm "no CArd"
C. CUE BPM / DEPTH (Y) PARAMETER DISPLAY: Toont de BPM-waarde van de
ingangskanalen, (CH-1 to CH-5) die met de CUE-toetsen(5) geselecteerd werden.
Bij het aanpassen van de "depth (Y) parameter" knop(25), zal de nieuwe waarde
(%) op de display getoond worden.
D. EFFECTS INPUT DISPLAY: Toont welk signaal U met de "input select knop"(26)
naar de ingang van de effect/sampler module stuurt.
E. EFFECTS DISPLAY: Toont welk effect U selecteerde.
SYNQ®
46/119
HANDLEIDING
SMX-2