9.02 Opening van het instrumentenpaneel
Om toegang te hebben tot de elektrische componenten binnenin het instrumentenpaneel, volgt u de ill. 12.
2
10. ONTSTEKING EN UITSCHAKELING
10.01 Controles uit te voeren bij de eerste ontsteking
Als u de verwarmingsketel voor het eerst inschakelt, is het aangewezen te controleren of de opvangkleppen tussen
de ketel en de installaties open staan; dat alles geladen en geventileerd is; dat er geen gas- of waterlekken aanwezig
zijn in de installatie of de verwarmingsketel; dat de elektrische aansluiting correct is en dat de aardingskabel
aangesloten is aan een degelijke aardingsinstallatie; dat er zich geen brandbare vloeistoffen of materiaal bevinden
in de onmiddellijke nabijheid van de verwarmingsketel en dat de schoorsteen niet verstopt is.
10.02 Instructies voor de ontsteking
Zet de schakelaar zomer-stop-winter 6 (ill. 3) op het bedieningspaneel op de positie winter.
De waterthermostaat van de verwarmingsketel staat op de positie "min. temperatuur". Schakel de hoofdschakelaar
van de installatie in om het toestel onder spanning te brengen.
Om de brander te starten doet u het volgende:
• Draai het kraantje open (gemonteerd door de installateur).
• Ontlucht de gasleidingen via de kleine luchtuitlaatklep boven het gasventiel (ill. 13)
• Zet de knop van de thermostaat van de verwarmingsketel op de gewenste waarde (niet minder dan 50°C).
De elektronische bedieningskast treedt in werking en stuurt na een vooraf bepaalde wachttijd het gasventiel, en
activeert de ontlading van de ontstekingselektrode, om de brander aan te zetten. De ionisatie-elektrode controleert
de aanwezigheid van de vlam van de brander.
De verwarmingsketel werkt nu automatisch, gestuurd door de regelthermostaat van de ketel en/of eventuele andere
controle/sturingsapparaten (thermostaat omgevingstemperatuur, thermostatische elektronische centrale, enz.).
• Zet de schakelaar zomer-stop-winter op het bedieningspaneel op de gewenste positie, regel de waterthermostaat
van de verwarmingsketel en van de warmwatervoorraadtank op de gewenste temperatuur; de verwarmingsketel
kan nu automatische functioneren.
44
1
4
3
5
Legende
1
Lid verwarmingsketel
2
Bevestigingsschroef veiligheidslid
3
Veiligheidslid bedradingen
4
Schroef en verankeringsplaatje
5
Instrumentenpaneel
ill. 12
GRBK-N