4. CONTROLES EN ONDERHOUD (alleen uit te voeren door een bekwaam installateur)
4.01 Opgelet
De elektrische apparatuur van de verwarmingsketel werkt met 230V ~ 50Hz
Vóór om het even welke handeling, moet u controleren of de stroomtoevoer onderbroken is.
4.02 Controle van de installatie (jaarlijks uit te voeren)
De controle van de installatie gebeurt meestal op het einde van het seizoen. Het water in het expansievat moet onder
druk staan, en u moet u vergewissen van de goede staat en de werking van de circulatiepompen.
4.03 Controle van de verwarmingsketel (jaarlijks uit te voeren).
• Controleer de goede ontsteking en uitschakeling van de verwarmingsketel door tests uit te voeren met behulp
van de regelthermostaat.
• Ga na of er achteraan de verwarmingsketel, ter hoogte van de terugloopklep, geen verbrandingsgas ontsnapt,
wat kan duiden op een eventuele verstopping van de schoorsteen of onvoldoende trek.
• Controleer de efficiëntie van de schoorsteen tijdens de werking van de verwarmingsketel.
• Zorg ervoor dat de buis die de ketel met de schoorsteen verbindt perfect waterdicht is op de plaatsen waar hij
binnenkomt in de schoorsteen en in de verwarmingsketel.
• Controleer het slijtageniveau van de magnesiumanode die de warmwatervoorraadtank beschermt.
• Controleer of de circulatie van het water tussen de verwarmingsketel en de installatie correct verloopt.
• Zorg ervoor dat bij afwezigheid van de vlam van de branders, het toestel zichzelf veilig stelt.
• Controleer in de bedrijfsmodus WINTER de prioriteit van de warmwatervoorziening op de verwarming.
4.04 Schoonmaak van verwarmingsketel en de schoorsteen
Eens elke drie jaar uit te voeren.
4.05 Schoonmaak van de branders
Jaarlijks uit te voeren.
GRBK-N
33