Installatie - BRIGHT 018208 Mode D'emploi

NL

INSTALLATIE

PLAATSING
Het apparaat moet dicht bij water, afvoer en een stopcontact
worden geïnstalleerd. Plaats het toestel op de gewenste plaats,
met de achterkant naar de achterliggende muur en de zijkanten
naar de aangrenzende kasten of muren gericht. Laat water- en
afvoerslangen van de gootsteen naar het toestel lopen, waarvan
de water- en afvoerslangen naar links of rechts kunnen worden
geleid om de installatie te vergemakkelijken.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Controleer of de netspanning overeenkomt met de
netspanning op het typeplaatje. Sluit het toestel aan op
een afzonderlijk elektrisch circuit met een zekering van 10 A,
overspanningsbeveiliging en aardlekschakelaar.
LET OP!
• Het apparaat mag alleen worden aangesloten op het
goed geaarde stopcontact.
• De leidingen en de elektrische installatie moeten worden
uitgevoerd door een gekwalificeerde installateur.
• Laat een gekwalificeerde elektricien een geaard
stopcontact installeren als de stekker niet in het
stopcontact past.
WAARSCHUWING!
• Schakel de stroomvoorziening uit vóór de installatie –
risico van elektrische ongevallen.
• Gebruik geen verlengsnoer of adapter samen met het
apparaat.
• Verwijder of omzeil nooit de aardaansluiting van het
apparaat.
• Verander nooit het snoer of de stekker.
AANSLUITING VAN KOUD WATER
Sluit de waterslang stevig aan op een 3/4"-koudwateraansluiting
met schroefdraad. Als de waterleiding nieuw is of lange tijd
niet is gebruikt, laat dan water lopen tot de leiding schoon en
vrij van verontreinigingen is. Anders bestaat het gevaar dat
de watertoevoer wordt geblokkeerd en/of het apparaat wordt
beschadigd.
AFB. 3
LET OP!
• Als de bijgeleverde slang niet past, haal dan een geschikt
verloopstuk bij uw dichtstbijzijnde sanitairwinkel.
• Sluit de kraan na elk gebruik.
104
AANSLUITING VAN AFVOERSLANG
Steek de afvoerslang in een afvoerpijp met een diameter van ten
minste 4 cm (optie A), of trek de afvoerslang naar de gootsteen
(optie B). Zorg ervoor dat de slang niet geknikt of bekneld wordt.
Het vrije uiteinde van de afvoerslang mag zich niet meer dan
60 cm boven de onderkant van de vaatwasser bevinden en mag
niet onder water komen te staan – risico van terugstroming.
AFB. 4
Slangen leegmaken
Als de gootsteen zich meer dan 1000 mm boven de vloer bevindt,
kan het overtollige water in de slangen niet rechtstreeks in de
gootsteen worden afgevoerd. In dat geval moeten de slangen
worden leeggegoten in een geschikt reservoir, dat lager is
geplaatst dan de gootsteen.
Waterafvoer
Sluit de afvoerslang aan. De afvoerslang moet correct worden
aangesloten, anders bestaat het risico van lekkage. Trek de
afvoerslang zodanig dat deze niet geknikt of bekneld wordt.
Slangverlenging
Een eventuele verlengslang moet van hetzelfde type zijn als de
bijgeleverde afvoerslang. De totale lengte van de afvoerslang
mag niet meer dan 4 meter bedragen, aangezien dit de
vaatwasprestaties nadelig zal beïnvloeden.