12 Tanken
11.2
Brandstof mengen
LET OP
Brandstoffen die niet geschikt zijn of met een
afwijkende mengverhouding kunnen leiden tot
ernstige schade aan de motor. Benzine of motor‐
olie van een mindere kwaliteit kunnen de motor,
keerringen, leidingen en benzinetank beschadi‐
gen.
11.2.1
Benzine
Alleen benzine van een gerenommeerd merk
met een octaangetal van minimaal 90 RON tan‐
ken – loodvrij of loodhoudend.
Benzine met een alcoholpercentage van meer
dan 10% kan bij motoren met handmatig instel‐
bare carburateurs storingen veroorzaken,
daarom mag deze benzine voor deze motoren
niet worden gebruikt.
Motoren met M-Tronic leveren met benzine met
een alcoholpercentage tot 25% (E25) het volle
motorvermogen.
11.2.2
Motorolie
Als brandstof zelf wordt gemengd mag alleen
een STIHL tweetaktmotorolie of een andere
hoogwaardige motorolie van de klasse JASO FB,
JASO FC, JASO FD, ISO-L-EGB, ISO-L-EGC of
ISO-L-EGD worden gebruikt.
STIHL schrijft de tweetaktmotorolie STIHL HP
Ultra of een gelijkwaardige hoogwaardige motor‐
olie voor om de emissiegrenswaarden gedu‐
rende de machinelevensduur te kunnen waarbor‐
gen.
11.2.3
Mengverhouding
Bij STIHL tweetaktmotorolie 1:50;
1:50 = 1 deel olie + 50 delen benzine
11.2.4
Voorbeelden
Hoeveelheid ben‐
STIHL tweetakt‐
zine
olie 1:50
Liter
Liter
1
0,02
5
0,10
10
0,20
15
0,30
20
0,40
25
0,50
► In een voor benzine vrijgegeven jerrycan eerst
motorolie bijvullen en vervolgens benzine en
goed mengen
0458-533-9421-E
(ml)
(20)
(100)
(200)
(300)
(400)
(500)
11.3
Brandstofmengsel opslaan
Benzine alleen bewaren in voor benzine vrijge‐
geven jerrycans op een veilige, droge en koele
plaats, beschermd tegen licht en zonnestralen.
Het brandstofmengsel veroudert – alleen de hoe‐
veelheid die nodig is voor enkele weken men‐
gen. Het brandstofmengsel niet langer dan
30 dagen bewaren. Door de inwerking van licht,
zon, lage of hoge temperaturen kan het brand‐
stofmengsel sneller onbruikbaar worden.
STIHL MotoMix kan echter tot zo'n 2 jaar pro‐
bleemloos worden bewaard.
► De jerrycan met brandstofmengsel voor het
tanken goed schudden
WAARSCHUWING
In de jerrycan kan zich druk opbouwen – de dop
voorzichtig losdraaien.
► De benzinetank en de jerrycan regelmatig
grondig reinigen
De restbrandstof en de voor de reiniging
gebruikte vloeistof volgens voorschrift en milieu‐
bewust opslaan en afvoeren!
12 Tanken
12.1
Apparaat voorbereiden
► De tankdop en de omgeving ervan voor het
tanken reinigen zodat er geen vuil in de tank
valt
► Het apparaat zo neerleggen dat de tankdop
naar boven is gericht
12.2
Verschillende markeringen op
tankdoppen
Tankdoppen en benzinetanks kunnen verschil‐
lend zijn gemarkeerd.
Nederlands
113