Télécharger Imprimer la page

Afstandsbediening Lc-3; Bediening Via Een Lichtregelaar; Aansluiting; Control Remoto Lc-3 - IMG STAGELINE TWIST-150 Mode D'emploi

Masquer les pouces Voir aussi pour TWIST-150:

Publicité

4) De bewegingen van de randapparaten kunnen
NL
synchroon lopen met het centrale apparaat of net
B
omgekeerd (b.v. bij gebruik van slechts één rand-
apparaat).
a) Om te wisselen tussen gelijklopende en
tegengestelde beweging drukt u enkele keren
op de toets MENU (2) op het randapparaat tot
op het display de melding
verschijnt. Wacht niet langer dan acht secon-
den om de volgende toets in te drukken,
anders wordt de instelprocedure automatisch
beëindigd.
b) Druk op de toets ENTER (4). Het display knip-
pert.
c) Kies met de toets DOWN of UP (3) tussen
(Slave 1) voor gelijklopende en
(Slave 2) voor tegengestelde beweging.
d) Om op te slaan, drukt u op de toets ENTER.
Op het display verschijnt de melding
gedurende enkele seconden. Daarna ver-
schijnt opnieuw het nummer van het ge -
selecteerde showprogramma; het programma
wordt afgespeeld.

7.2 Afstandsbediening LC-3

Via de als toebehoren verkrijgbare afstandsbedie-
ning LC-3 (figuur 5) kunnen verschillende functies
worden gestuurd.
1) Sluit de afstandsbediening aan op de jack
REMOTE CONTROL ONLY (10).
2) Op de ingang DMX INPUT (11) mag geen DMX-
signaal beschikbaar zijn. De gele LED MASTER
(5) moet oplichten.
3) Via de uitgang DMX (12) kunnen andere TWIST-
150-apparaten worden aangesloten (
stuk 7.1), om deze via de afstandsbediening
samen met het centrale apparaat te besturen.
4) Met de toets STAND BY (16) kunt u de rustmo-
dus in- en uitschakelen. Bij ingeschakelde rust-
a) Para cambiar entre movimiento sincronizado y
E
opuesto, pulse el botón MENU (2) de la uni-
dad Slave las veces que sea necesario hasta
que el visualizador muestre
Slave). No tarde nunca más de 8 segundos en
pulsar el siguiente botón o se parará el proce-
dimiento de ajuste.
b) Pulse el botón ENTER (14), el visualizador
parpadeará.
c) Selección
(Slave 1) con los botones
DOWN o UP (3) para el movimiento sincroni-
zado y
(Slave 2) para el movimiento
opuesto.
d) Pulse el botón ENTER para la memorización.
El visualizador mostrará
segundos. A continuación reaparecerá el
número del programa de muestra seleccio-
nado y empezará la secuencia de programa.

7.2 Control remoto LC-3

El control remoto LC-3 (fig. 5) disponible como acce-
sorio permite controlar las siguientes funciones:
1) Conecte el control remoto a la toma REMOTE
CONTROL ONLY (10).
2) No puede haber ninguna señal DMX en la
entrada DMX INPUT (11). El LED amarillo
MASTER (5) tiene que iluminarse.
3) Mediante la salida DMX OUTPUT (12), es posi-
ble conectar más aparatos TWIST-150 (
tado 7.1) para controlarlos mediante el mando a
distancia con la unidad Master.
4) Con el botón STAND BY (16), el modo de reposo
puede conectarse y desconectarse. Con el modo
de reposo conectado, el LED junto al botón se ilu-
mina. La cabeza giratoria se coloca en su posi-
ción de inicio y se cierra el obturador.
24
modus licht de LED naast de toets op. De zwenk-
kop wordt in de uitgangspositie gebracht en het
paneel wordt gesloten.
5) Selecteer met de toets MODE (18) de bedrijfs-
modus:
1. Stroboscoopmodus SOUND 1
(De LED naast de toets MODE licht niet op)
(slave mode)
Telkens u de toets FUNCTION (17) ingedrukt
houdt, wisselt het apparaat naar het volgende
van de drie stroboscoopeffecten:
– muziekonafhankelijke stroboscoop, bij de
randapparaten synchroon
– muziekonafhankelijke stroboscoop, afwis-
selend met de randapparaten
– muziekafhankelijke stroboscoop
Na loslaten van de toets FUNCTION is het
showprogramma opnieuw geactiveerd.
2. Showmodus (LED knippert)
Selecteer met de toets FUNCTION (17) het
gewenste
(
hoofdstuk, 7, bedieningsstap 3).
3. Handmatige kleur- en lichtpatroonselectie
(De LED licht op permanent)
Als u de toets FUNCTION kortstondig inge-
drukt houdt, selecteert u de kleur van het licht-
patroon, als u de toets langer ingedrukt houdt,
selecteert u het lichtpatroon. Als de lichtbun-
del niet mag bewegen, stelt u de bundelrich-
ting in de volgende modus in op één bepaald
punt.
4. De lichtbundel handmatig richten
(De LED knippert snel)
Houd de toets FUNCTION ingedrukt, de
zwenkkop draait. Als het licht in de gewenste
richting straalt, laat u de toets los. Door de
hoofd -
toets opnieuw ingedrukt te houden, richt u de
lichtbundel verticaal. Om deze beide functies
opnieuw te kunnen uitvoeren, drukt u eerst
twee keer kort op de toets FUNCTION (zonder
andere functie).
5) Con el botón MODE (18), elija el modo de funcio-
namiento:
1. Modo estroboscópico SOUND 1
(Modo
(El LED junto al botón MODE no se ilumina)
Cada vez que se mantiene pulsado el botón
FUNCTION (17), el aparato pasa al siguiente
de los tres efectos estroboscópicos:
– Estroboscopio independiente de la música,
sincronizado con las unidades Slave.
– Estroboscopio independiente de la música,
alternando con las unidades Slave.
– Estroboscopio dependiente de la música
Después de soltar el botón FUNCTION, el
programa de muestra se reactiva.
durante unos
2. Modo Show (LED parpadeante)
Elija el programa de muestra seleccionado
(Show 1 a 4) con el botón FUNCTION (17)
[
apartado 7, paso de funcionamiento 3]
3. Selección manual de color y dibujo
(el LED se ilumina ininterrumpidamente)
Seleccione el color del dibujo pulsando breve-
mente el botón FUNCTION y seleccione el
dibujo pulsando el botón durante más tiempo.
El haz de luz no debe moverse, coloque el haz
en algún lugar en el siguiente modo.
4. Posicionamiento manual del haz de luz
(el LED parpadea rápidamente)
Mantenga pulsado el botón FUNCTION y se
moverá la cabeza giratoria. Si la luz se irradia
en la dirección deseada, suelte el botón. Man-
apar-
teniendo el botón pulsado nuevamente, se
coloca el haz de luz verticalmente. Para poder
llevar a cabo estas dos funciones de nuevo,
pulse primero el botón FUNCTION dos veces
brevemente (sin ninguna otra función).
showprogramma
(Show
1 – 4)

8 Bediening via een lichtregelaar

Voor de bediening via een lichtregelaar met
DMX512-protocol (b.v. DMX-1440 of DMX-510USB
van "img Stage Line") beschikt het apparaat over 11
besturingskanalen. Het kan ook naar de 8-kanaal-
modus worden omgeschakeld, als niet alle functies
nodig zijn. De functies van de kanalen en de DMX-
waarden vindt u terug in het hoofdstuk 11.1.

8.1 Aansluiting

Als DMX-interface heeft het apparaat 3-polige XLR-
aansluitingen (11 en 12) met volgende penconfigu-
ratie: pen 1 = massa, 2 = DMX-, 3 = DMX+.
Voor de aansluiting moeten speciale kabels voor
hoge gegevensstromen worden gebruikt. Normale
afgeschermde microfoonkabels met een leidingdia-
meter van ten minste 2 × 0,22 mm
mogelijke capaciteit zijn alleen bij een totale kabel-
lengte tot 100 m aan te bevelen. Bij kabellengten
vanaf 150 m is het aanbevolen om een DMX-ophaal-
versterker tussen te schakelen (b.v. SR-103DMX
van "img Stage Line").
1) Verbind de DMX-ingang (11) met de DMX-uit-
gang van de lichtregelaar.
2) Verbind de DMX-uitgang (12) met de DMX-in gang
van het volgende lichteffectapparaat. Verbind de
uitgang hiervan opnieuw met de ingang van het
nageschakelde apparaat etc., tot alle licht-
effectapparaten in een kring zijn aangesloten.
3) Sluit de DMX-uitgang van het laatste DMX-appa-
raat in de ketting af met een weerstand van 120 Ω
(> 0,3 W): Soldeer de weerstand vast aan de pin-
nen 2 en 3 van een XLR-stekker en plug de stek-
ker in de DMX-uitgang, of gebruik een overeen-
komstige afsluitstekker (b.v. DLT-123 van "img
Stage Line").
8 Funcionamiento mediante
un controlador
Para el funcionamiento mediante un controlador con
protocolo DMX-512 (como el DMX-1440 o el DMX-
510USB de "img Stage Line"), el aparato está equi-
pado con 11 canales de control. Sin embargo, tam-
bién puede pasarse al modo de 8 canales si no se
necesitan todas las funciones. Las funciones de los
canales y los valores DMX se encuentran en el apar-
tado 11.1.
8.1 Conexión
Como interfaz DMX, el aparato está equipado con
conexiones XLR de 3 polos (11 y 12) con la si guien -
te configuración de pines:
pin 1 = Masa, 2 = DMX-, 3 = DMX+.
Debería utilizar cables especiales de alta trans-
misión de datos para la conexión. La utilización de
cables de micrófono estándar con blindaje, un corte
de sección mínimo de 2 × 0,22 mm
tan baja como sea posible sólo se puede recomen-
dar para una distancia de cableado total de hasta
100 m. Para cableados que superen los 150 m se
recomienda insertar un amplificador DMX adecuado
(p. ej. el SR-103DMX de "img Stage Line").
1) Conecte la entrada DMX (11) a la salida DMX del
controlador.
2) Conecte la salida DMX (12) a la entrada DMX del
siguiente juego de luces. Conecte su salida de
nuevo a la entrada de la siguiente unidad, etc.,
hasta que todos los aparatos estén conectados
en cadena.
3) Termine la salida DMX del último aparato DMX
de la cadena con un resistor de 120 Ω (> 0,3 W):
Suelde el resistor a los pines 2 y 3 de una toma
XLR y conecte la toma a la salida DMX o utilice el
tapón correspondiente (como el DLT-123 de "img
Stage Line").
2
en een zo gering
2
y una capacidad

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

38.1630