2. Veiligheid
Deze handleiding bevat belangrijke aanwijzingen, die
bij de montage en inbedrijfname in acht genomen die-
nen te worden. Daarom is het noodzakelijk dat deze
handleiding voor montage en inbedrijfstelling door
zowel de monteur als de gebruiker wordt gelezen.
Men dient niet alleen te letten op de onder 'veilighei-
d' genoemde alge me ne veiligheidsvoorschriften doch
ook op de hierna aangegeven speciale veiligheids-
symbolen.
2.1 Veiligheidssymbolen
De gebruikte symbolen zijn:
★ ALGEMEEN GEVAAR
★ WAARSCHUWING VOOR ELEKTRISCHE
SPANNING
★ OPLETTEN VOOR SCHADE AAN DE MACHINE
OF DE FUNCTIE ERVAN
ATTENTIE!
2.2 Personeelskwalifikatie
De montage dient door gekwalificeerd personeel te
worden uitgevoerd.
2.3 Gevaren bij het niet in acht nemen van de
veiligheids voorschriften
Het niet in acht nemen van de veiligheidsvoorschrif-
ten kan gevaar opleveren voor personen en kan
tevens schade aan de installatie tot gevolg hebben.
Bij het niet in acht nemen van de veiligheidsvoor-
schriften vervalt iedere aanspraak op garantie!
In principe kan het negeren van de veiligheidsvoor-
schriften de volgende gevaren opleveren:
– het weigeren van belangrijke funkties van de instal-
latie
– het in gevaar brengen van personen door elektri-
sche en mechanische invloeden
2.4 Veiligheidsvoorschriften voor de gebruiker
De bestaande voorschriften ter voor koming van
ongevallen dienen in acht genomen te worden.
Ge va ren door elektrische energie dienen te worden
uitgesloten. Voorschrif ten van de landelijke- en regio-
nale energiebedrijven dienen ook in acht genomen te
worden.
2.5 Veiligheidsvoorschriften voor inspektie-
en montagewerkzaamheden
De gebruiker dient ervoor zorg te dragen dat alle
inspektie- en montagewerkzaamheden door geauto-
riseerd- en gekwalificeerd vakperso neel wordt uitge-
voerd. In principe mo gen werkzaamheden aan de in -
stallatie alleen bij stilstand worden uitgevoerd.
2.6 Eigenhandige ombouw en vervaardiging
van onderdelen
Veranderingen van de installatie zijn alleen in overleg
met de producent toegestaan. Originele onderdelen
en de door de producent gemachtigde toebehoren
dienen de veiligheid.
De toepassing van de andere on der delen zal de ver-
antwoordelijkheid voor de daaruit voortvloeiende ge -
vol gen opheffen.
2.7 Ontoelaatbare bedrijfsomstandigheden
De bedrijfszekerheid van de geleverde installatie is
alleen gewaarborgd bij een bestemmingsmatige toe-
passing.
De in de specifikatie aangegeven grenswaarden
mogen in geen ge val overschreden worden!
3. Transport en opslag
ATTENTIE!
De pomp moet bij transport en op -
slag tegen vocht en mechanische
beschadigingen beschermd worden.
4. Omschrijving van produkt en
toebehoren
4.1 Omschrijving van de pomp (afb.1)
De eentraps cirkulatiepomp is voorzien van een direkt
aangeflensde motor en ongedeelde as (MONO-
BLOC-uitvoering). Het pomphuis van stall is uitgevo-
erd volgens de Inlinebouw, d.w.z. de zuig- en pers-
leidingen liggen in één lijn. De pomp ist ontworpen als
leidinginbouwpomp. Het gewicht van de pomp en de
positie van het zwaartepunt staat directe montage
van alle pompgroottes in de leidingen toe. Voorwaar-
NETHERLANDS
21