mas s s s s
ma
ma
e e e e e
ma
ma
5.6 Controle van de spanning van de V-snaren
Er wordt een V-snaar gebruikt om de rotatiebeweging
over te brengen van de poelie van de motoras naar die van
de zeewaterpomp (afb. 9 – ref. 1).
Een overmatige spanning van de riem versnelt de slijtage
ervan, terwijl een geringe spanning de poelies onbelast
laat draaien en dus niet voor voldoende circulatie van het
water zorgt.
Regel de spanning van de riem als volgt:
haal de twee stelschroeven (afb. 9 – ref. 2) los en
verplaats de zeewaterpompen naar buiten om de spanning
te vergroten, of naar binnen om haar te verkleinen.
Blokkeer de schroeven en controleer de spanning ervan.
De riem is correct gespannen als hij ongeveer 5 mm
doorbuigt (afb. 9) onder een belasting van 8 kg.
Een tweede riem wordt gebruikt voor overdracht van de
rotatie van de poelie van de aandrijfas naar die van de
vloeistofpomp van het gesloten circuit en van de
wisselstroomdynamo van de batterijlader (afb. 9 – ref. 3).
Regel de spanning van de riem als volgt: haal de stelschroef
(afb. 9 – ref. 4) los en verplaats de wisselstroomdynamo
van de acculader (afb. 9 – ref. 5) naar buiten om de
spanning te vergroten en naar binnen om haar te verkleinen.
De riem is correct gespannen als hij ongeveer 10 mm
doorbuigt (afb. 9) onder een belasting van 8 kg.
Om te vermijden dat de riem onbelast
draait, mag hij niet met olie worden vervuild. Maak de
riem schoon met benzine als er bij een controle vet op
blijkt te zitten.
Kom nooit met uw handen aan de V-
snaar of aan de poelies als de motor gestart is.
5.7 Lediging van het koelsysteem
Voor onderhoud op de warmtewisselaar water-lucht of op
het koelsysteem moet het aanzuigcircuit van het zeewater
worden geleegd. Dit dient als volgt te worden gedaan:
-
sluit de kraan van de zeewaterinlaat (afb. 6 – ref. 2);
-
open de aftapkraan (afb. 6 – ref. 3) totdat het water
helemaal is weggelopen.
-
sluit de aftapkraan weer.
zeewaterinlaatkraan
stroomopwekkingsgroep start.
5 .8 Verversing van de koelvloeistof
Ververs de koelvloeistof in het gesloten koelcircuit ieder
jaar.
Sluit een stuk rubberslang (afb. 10 – ref. 2) met een
lengte van 20-30 cm aan op de aftapkraan (afb. 10 – ref.
Open
de
weer
voordat
u
de
NL
1) die op het onderstel van de motor zit, om de opvang van
afgewerkte koelvloeistof in een opvangbak (afb. 10 – ref.
3) te vergemakkelijken. Open de kraan en laat het
gesloten koelcircuit helemaal leeglopen.
Sluit de kraan weer na deze handeling en vul het circuit
opnieuw met koelvloeistof.
niet in het milieu achter, want het is een vervuilende
stof.
Geef afgewerkte koelvloeistof af bij de speciale
verzamelcentra die belast zijn met de verwerking ervan
als afval.
5.9 Vervanging van de zinkanodes
Ter bescherming van de warmtewisselaar water-lucht
(afb. 11 – ref. 1) en de warmtewisselaar water-vloeistof
(afb. 11 – ref. 2) tegen galvanische stromen zitten hierin
twee opofferingsanodes van zink (afb. 11 – ref. 4).
De slijtagetoestand hiervan moet regelmatig worden
gecontroleerd, en zo nodig moeten ze worden vervangen
om te voorkomen dat galvanische stromen
warmtewisselaar onherstelbaar beschadigen. Het wordt
geadviseerd het zink minstens eenmaal per maand te
controleren als de groep nieuw is, om de slijtagesnelheid
na te gaan, en vervolgens op basis daarvan een regelmaat
vast te stellen
Het is hoe dan ook wenselijk de zinkanoden minstens
eenmaal per jaar te vervangen.
Op afb. 11 worden de punten aangegeven waarop de
zinkanoden geplaatst zijn.
5.10 Onderhoud van de zeewaterpomp
Minstens eenmaal per jaar moet worden gecontroleerd of
de rubberen rotor van de zeewaterpomp intact is (afb. 12
– ref. 1).
Alvorens de zeewaterpomp open te maken voor inspectie
van de rotor moet het zeewater uit het koelcircuit worden
afgetapt, zoals beschreven in paragraaf 5.7.
Om bij de rotor te kunnen komen moet het sluitdeksel
(afb. 12 – ref. 2) worden verwijderd en moet de rotor met
een tang worden weggehaald, door hem met kracht naar
buiten te trekken. Voor het terugplaatsen van een nieuwe
rotor moeten de bovenstaande handelingen in omgekeerde
volgorde worden herhaald.
5.11 Onderhoud van de wisselstroomdynamo
De wisselstroomdynamo die op dit model generator
wordt gebruikt is van het synchrone, zelfbekrachtigde
type met elektronische spanningsregeling. Dit model
wisselstroomdynamo, zonder spruitstuk en borstels,
vereist geen bijzondere onderhoudswerkzaamheden. De
controles en het periodieke onderhoud zijn beperkt tot
het elimineren van eventuele vocht- en oxidatiesporen die
de dynamo zouden kunnen beschadigen.
81
IS 6.5 - 7.6
Laat afgewerkte koelvloeistof
de