BEdIENINg
Veiligheid
f dit symbool geeft aan dat u iets moet doen. de vereiste
f
handelingen worden stap voor stap beschreven.
Deze symbolen geven het niveau van het
softwaremenu aan (in dit voorbeeld het
3e niveau).
1.4 Maateenheden
Info
Tenzij anders vermeld, worden alle afmetingen in mil-
limeter aangegeven.
2. Veiligheid
2.1
Reglementair gebruik
Het toestel is bestemd voor gebruik in een huishoudelijke om-
geving. Het kan op een veilige manier bediend worden door
ongeschoolde personen. Het toestel kan ook buiten het huis-
houden gebruikt worden, bijv. in een klein bedrijf, voor zover
het op dezelfde wijze gebruikt wordt.
Elk ander gebruik dat verder gaat dan wat hier wordt omschre-
ven, geldt als niet-reglementair. Onder reglementair gebruik
valt ook het in acht nemen van deze handleiding evenals de
handleidingen voor het gebruikte toebehoren.
2.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING Letsel
Het toestel kan door kinderen vanaf 8 jaar, alsook
door personen met fysieke, zintuiglijke of geeste-
lijke beperkingen of met een gebrek aan ervaring
en kennis gebruikt worden op voorwaarde dat er
iemand toezicht houdt, of dat ze onderricht zijn hoe
ze het toestel veilig moeten gebruiken en begrijpen
welke gevaren hiermee gepaard gaan. Kinderen
mogen niet met het toestel spelen. Kinderen mogen
zonder toezicht geen reiniging of gebruikersonder-
houd uitvoeren.
- de elektrische installatie en de installatie van het verwar-
mingscircuit mogen alleen uitgevoerd worden door een
erkende, gekwalificeerde installateur of door technici van
onze klantendienst.
- de installateur is tijdens de installatie en de eerste inge-
bruikname verantwoordelijk voor het naleven van de gel-
dende voorschriften.
- gebruik het toestel enkel als het volledig geïnstalleerd is
en als alle veiligheidsvoorzieningen aangebracht zijn.
- Bescherm het toestel tegen stof en vuil tijdens de
bouwfase.
2.3 Keurmerk
Zie het typeplaatje op het toestel.
32 |
3. Toestelbeschrijving
de digitale afstandsbediening FET maakt de comfortabele
bediening van een verwarmingszone mogelijk. de afstands-
bediening meet de relatieve vochtigheid en de kamertempe-
ratuur.
de software is onderverdeeld in de programmamenu's en het
menu INSTELLINgEN.
Via de programmamenu's komt u snel terecht bij de afzonder-
lijke programma's.
Via het menu INSTELLINgEN kunt u enkele menuopties per-
manent wijzigen.
4. Bediening
4.1
Bedieningselementen
4
3
MENU
1 Sensortoets "OK"
2 Aanraakwiel
3 Sensortoets "MENu"
4 display
Het aanraakwiel heeft een aanraakgevoelige sensor. Links
en rechts daarvan bevindt zich telkens een sensortoets. Met
behulp van het aanraakwiel en de sensortoetsen kunt u alle
noodzakelijke toestelfuncties instellen.
Info
Wanneer u handschoenen draagt, natte handen hebt
of het bedieningspaneel vochtig is, bemoeilijkt dit de
herkenning van uw vingercontact en de uitvoering
van de door u gewenste acties.
Onder de menuoptie INSTELLINgEN / ALgEMEEN / TOuCHgE-
VOELIgHEId kunt u de aanraakgevoeligheid van het aanraak-
wiel en de sensortoetsen laten aanpassen door uw installateur.
1
OK
2
FET