11.5 Onderhoud van kettingwiel
Meeste problemen met ketting komen door ver-
keerde spanning van de ketting of door te late
vervanging van het kettingwiel. Een versleten ket-
tingwiel zal zeer snel het resterende onbescha-
digde deel van dure gereedschapset beschadigen.
Spaar beslist nooit op verkeerde plaats en ver-
vang het kettingwiel op tijd! Er wordt geadviseerd
het kettingwiel samen met de tweede vervanging
van de ketting vervangen of eerder.
11.6 Ketting en kettingzwaard vervangen
Zet de machine in de basisstand 0° en haal de
schermkap van het kettingwiel [2-1] eraf door
met het spanwieltje [2-2] tegen de klok in te
draaien. Zie fi g. [2].
Haal de ketting [2-3] over het kettingwiel [2-8]
en haal het samen met het zwaard [2-4] eraf.
Zet een nieuwe ketting [2-3] op (een nieuw)
kettingzwaard [2-4] en zet die in de machine.
Houd de zaagtanden in de juiste positie volgens
de draairichting. De draairichting is met een
pijltje op het machinelichaam aangeduid, en
bovendien onder het kapje van het kettingwiel
is een merkje hoe de ketting opgezet moet
worden.
De geleideschakels van de ketting precies
in tanden van het kettingwiel [2-8] zetten en
m.b.v. het spanwieltje [2-9] draaien (met de
klok mee, gezien van bovenaf, losmaken – de
pin beweegt omhoog, tegen de klok in, gezien
van boven, beweegt de pin omlaag) zodat de
opening op het kettingzwaard [2-5] op de span-
pin [2-6] invalt.
Daarna het kapje van het kettingwiel [2-1] op
de spanschroef [2-7] zetten en met het span-
wieltje [2-2] met de klok mee draaien en aan-
trekken. Voordat het vastgedraaid wordt, moet
de ketting goed worden gespannen. Controleer
of de ketting goed gespannen zit!
11.7
Kettingwiel vervangen
Haal de ketting en het kettingzwaard eraf, zoals
hiervoor beschreven.
Haal met een schroevendraaier de beugel bor-
gring [8-1] van de spil [8-4] af, haal het onder-
zetring [8-2] af en het kettingwiel [8-3].
Na de vervanging het kettingwiel terugzetten,
net als de onderzetring en de borgring.
11.8 Smeren en schoonmaken
Wij adviseren de machine regelmatig schoonma-
ken. Verwijder stof, spanen, hars en overig vuil.
Als u schoonmaakmiddelen met oplosmiddelen
gebruikt, kunnen de gelakte oppervlakken of
84
plastic delen worden beschadigd. Wilt u derge-
lijke schoonmaakmiddelen gebruiken, raden wij u
aan om de werking daarvan als eerst op een klein
onzichtbaar oppervlak uit te testen. Elke keer als
er een onderdeel van de gereedschapset wordt
geslepen of vervangen, de binnenkant van de
schermkap van opgehoopte stof en spanen vrij-
maken, de geleidegleuf, gaten voor het smeren en
spannen van het kettingzwaard schoonmaken. Het
draaibaar afzuigstuk niet met de vingers schoon-
maken! Ventilatiegaten van de motorkap mogen
niet verstopt raken!
11.9
Koolborstels vervangen
WAARSCHUWING
Om de beschermingsklasse te behouden moet
de zaagmachine uit het oogpunt van de veui-
ligheid worden gecontroleerd, daarom moe-
ten deze werkzaamheden in een vakbekwame
elektrotechnische werkplaats worden verricht,
met bevoegdheid dit werk uit te voeren. Haal de
stekker van de stroomkabel uit het stopcontact
voordat u aan servicewerkzaamheden begint!
Om de borstels, stroomkabel en derg. te vervan-
gen, vertrouw de machine aan een erkende ser-
vice toe. Ook na het vallen van de machine moet
deze aan een erkende service worde gebracht,
om een elektrisch of mechanisch gevaar te ver-
mijden.
Na ca 200 werkuren worden de borstels gecon-
troleerd. De borstels zijn na het afhalen van het
scherm toegankelijk. De borstels moeten door
nieuwe worden vervangen zodra die korter dan
5 mm zijn.
De machine is van zelf loskoppelbare borstels
voorzien, die na het bereiken van een minimum-
lengte automatisch loskoppelen. Gebruik uitslui-
tend de originele set borstels!