• Gebruik het energiestation niet in de onmiddellij-
ke nabijheid van warmtebronnen zoals ovens,
ventilatiekachels (in de auto: in de buurt van ven-
tilatieopeningen) en vergelijkbare apparaten!
Warmteontwikkeling kan oververhitting van het
apparaat en het smelten van kunststof onderdelen
veroorzaken, waardoor het apparaat onherstel-
baar beschadigd kan worden!
In geval van oververhitting kan het energie-
station onherstelbaar beschadigd raken en
er bestaat brandgevaar!
• Het apparaat mag niet in de onmiddellijke
nabijheid van ontvlambare materialen zoals gor-
dijnen, brandbare vloeistoffen etc. worden ge-
plaatst.
• Plaats geen open vuurbronnen, zoals bijvoor-
beeld kaarsen, op het apparaat.
Letselgevaar!
• Houd kinderen uit de buurt van het netsnoer en
het apparaat. Kinderen onderschatten vaak de
gevaren van elektrische apparaten.
• Zorg voor een veilige opstelling van het
apparaat.
• Mocht het apparaat gevallen of beschadigd
zijn, dan mag u het niet meer gebruiken. Laat het
apparaat door gekwalificeerd en deskundig per-
soneel nakijken en eventueel repareren.
Ingebruikname
Het energiestation wordt geleverd met een slechts
matig geladen accu. Vóór het eerste gebruik moet
deze eerst worden opgeladen.
Let op!
De accu kan aanzienlijk aan capaciteit verliezen als
u het energiestation gebruikt zonder het eerst volle-
dig op te laden!
• Voordat u het apparaat gebruikt, moet u zich
ervan overtuigen dat zowel het energiestation,
als ook de adapterkabel
ter
in een perfecte toestand zijn.
Gevaar !
Gebruik geen beschadigd aansluitsnoer. Gevaar
voor kortsluiting!
Opladen met de stekkeradapter
Let op: explosieve gassen
Vlammen en vonken vermijden. Zorg voor voldoende
ventilatie tijdens het opladen.
1. Steek de apparaatstekker van de stekkeradapter
in de laadaansluiting DC-INPUT w aan de achter-
kant van het apparaat.
2. Steek de stekkeradapter
De netspanning moet overeenstemmen met gege-
vens op het kenplaatje van de stekkeradapter.
3. Zet de hoofdschakelaar 2 aan de voorkant van
het apparaat in de stand „CHA". Het energiesta-
tion wordt opgeladen.
4. Tijdens de laadprocedure brandt in het veld
CHARGE de rode LED „Aan"6.
5. Wanneer het energiestation de volle laadtoe-
stand heeft bereikt, begint in het veld CHARGE
de groene LED „Vol" 6 zwak op te lichten. Zodra
deze helder brandt, kunt u de stekkeradapter
weer verwijderen. De rode LED „Aan" 6 blijft
branden, totdat u de hoofdschakelaar 2 in de
stand „OFF" zet.
Opladen met de auto-adapter
U kunt het energiestation met de meegeleverde
auto-adapter
ook via het 12 V boordspanningsnet
van een auto of een sportboot opladen:
1. Steek de apparaatstekker van de auto-adapter
in de laadaansluiting w aan de achterkant van
het apparaat.
- 16 -
en de stekkeradap-
in een stopcontact.