In het tussenseizoen (lente / herfst) kunnen bij buitentem-
peraturen van meer dan 16°C storingen in de schoorsteen
optreden. Wanneer bij een dergelijke temperatuur ook na de
snelle verbranding van papier of kleine houtblokken (lokvuur)
geen trek ontstaat, moet u de kachel best niet aansteken.
23. Houtvochtigheid en vermogen
Vuistregel: hoe vochtiger het hout, hoe lager het vermogen.
Het vermogen van het hout hangt zeer sterk samen met
de vochtigheid ervan. Hoe meer water het hout bevat, hoe
meer energie bij de verbranding besteed moet worden aan
de verdamping van dat water. Deze energie is verloren. Hoe
vochtiger het hout dus, hoe lager het vermogen.
Een voorbeeld: pas gehakt hout vertoont een vochtigheids-
graad van om en nabij de 50% en beschikt over een vermo-
gen van ongeveer 2,3 kWh/kg. Behoorlijk luchtgedroogd hout
daarentegen met een vochtigheidsgraad van ca. 15% heeft
een vermogen van ongeveer 4,3 kWh/kg.
Wanneer u dus zeer vochtig hout verbrandt, maakt u met
dezelfde houthoeveelheid slechts de helft van het vermogen
vrij. De verbranding van vochtig hout leidt tevens tot meer
roetaanslag op het venster van de verbrandingsruimte. Daar
komt nog bij dat, wanneer u vochtig hout verbrandt, de daar-
door ontstane waterdamp kan condenseren in de rookbuis
of in de schoorsteen. In de schoorsteen kan een teerachtige
substantie afgezet worden of de schoorsteen kan vol raken
met roet en teer. Het roet en de teer kunnen onaangenaam
beginnen ruiken en gemetselde schoorstenen bescha-
digen. De teerachtige substantie zou kunnen ontbranden
(schoorsteenbrand). Omwille van de hoge vochtigheidsgraad
daalt ook de verbrandingstemperatuur. Dit belet de volledige
verbranding van alle houtbestanddelen en leidt tot een
aanmerkelijke belasting voor het milieu.
78
De restvochtigheid van uw brandhout kunt u meten met
behulp van een houtvochtigheidsmeter.
24. Hout opslaan en drogen
Om hout te drogen, is tijd nodig. Wanneer het op correcte
wijze bewaard wordt, is hout in twee tot drie jaar luchtdroog.
Zaag en kloof het hout gebruiksklaar wanneer u het gaat
bewaren. Dit voert tot een snellere droging. Kleinere stukken
drogen beter dan grote.
Bewaar het hout op een goed verluchte, zo zonnig mogelijke
plaats (liefst op het zuiden gericht) en beschut tegen de
regen.
Laat tussen de houtrijen een afstand van een handbreedte,
zodat de doorstromende lucht het verdampende vocht goed
kan opnemen.
Dek uw houtvoorraad nooit af met plastic folie of tentzeil. Dat
zou beletten dat het vocht ontsnapt.
Stapel vers hout ook nooit weg in een kelder. Door de gebrek-
kige luchtverversing zal het daar eerder rotten dan drogen.
Enkel hout dat al droog is, mag in een droge en goed
verluchte kelder bewaard worden.
25. Reiniging en onderhoud
25.1 Stalen mantel
Kachels van Hase beschikken over een sterk hittebestendige
lak met open poriën die een beperkte corrosiebescherming
biedt. In bepaalde omstandigheden kan daarom een roest-
laagje optreden.
De stalen componenten mogen niet gereinigd worden met
een zuurhoudend schoonmaakmiddel (bv. citrus- of azijnreini-
ger). Met een licht bevochtigde doek kan het staal voldoende
afgeveegd worden.
Vermijd een te vochtige reiniging in de omgeving van de
vloer of van de bodemplaat. Gemorst water uit waterketels of
–schalen moet onmiddellijk verwijderd worden.
Plaats uw Olbia niet in een vochtige omgeving zoals bv. een
veranda.
Vermijd een tijdelijke stockage in een onverwarmde ruwbouw
of een garage.
TIP!
Roestige plekken kunnen behandeld worden
met de originele Hase-kachellak. Volg daarbij
de richtlijnen op de bus. Uw Hase-handelaar
heeft de spray op voorraad en geeft u graag tips
voor de behandeling.
25.2 Rookgaspijpen
De kachel en de rookbuizen moeten elk jaar na de verwar-
mingstijd (eventueel ook frequenter, bv. na de reiniging van
de schoorsteen) worden gecontroleerd op afzettingen en
zonodig gereinigd.
Om het rookkanaal te reinigen, dient u de bovenste
thermosteen en de eventueel aanwezige afbuigplaat te ver-
wijderen (zie montage- en onderhoudshandleiding). Eventue-
le aanslag van roet en stof kunt u wegborstelen en wegzuigen.
Na de reiniging plaatst u de gedemonteerde delen weer.
TIP!
Het reinigen van de rookbuis gebeurt met
een fl exibele buisborstel via de daarvoor
voorziene reinigingsopening.