167 Buitentemperatuur
vorstbeveiliging
168 Gewenste aanvoer-
temperatuur tijdens
vorstbeveiliging
169 Regelaarnummer
170 Segmentnummer
171 Aanvoeralarm
nl
172 Bedrijfswijze bij
kortsluiting van de
klemmen H1–M
(indien gebruikt voor
overwerk kies 3 of 9)
Building Technologies
2.0 °C
(--.- / 0...25.0)
...................
15 °C
(0...140)
...................
0
(0...16)
.........................
0
(0...14)
.........................
-- :-- h
(-- :-- / 1 :00...10 :00)
......................
0
(0...9)
.........................
74 319 0619 0 a
Instelling --.- = geen
vorstbeveiliging van de
°C
installatie
°C
Databusadres (LPB)
0 = regelaar zonder bus
Databusadres (LPB)
Periode, gedurende welke de
aanvoer-/ketel-temperatuur
h
buiten de grenswaarde mag
blijven
Bij installatietype 1–x, 2–x, 3–x :
opnemer B1
Bij installatietype 4–x, 5–x :
opnemer B2
--.-- = inactief
Bedrijf groep
0 =
BEWAKING
1 =
AUTO
2 =
GEREDU-
CEERD
3 =
NORMAAL
4 =
BEWAKING
5 =
AUTO
6 =
GEREDU-
CEERD
7 =
NORMAAL
8 =
AUTO
9 =
NORMAAL
17.04.2008
Tapwater
UIT
UIT
UIT
UIT
IN
IN
IN
IN
IN,
24 h / dag
IN,
24 h / dag
124/288