Netwerken
3. Schakel de netschakelaar onderin de tweede rookmelder in.
4. Druk kort op de codeknop aan de onderkant van de tweede rookmelder: de rode
LED knippert ongeveer 1x per seconde.
5. De codeerperiode bedraagt ca. 60 seconden. Gedurende deze tijd staan de twee
rookmelders in de coderingsmodus. Als beide groene LED's van de rookmelders
gelijktijdig oplichten, was het netwerk succesvol. Als ze niet succesvol zijn, keren
de twee melders na 60 seconden terug naar de normale toestand.
6. Herhaal deze procedure voor alle andere rookmelders die in een netwerk moeten
worden opgenomen. Elke extra detector moet in een netwerk worden opgenomen
met een detector die al in een netwerk is opgenomen.
7. Zodra u alle rookmelders op elkaar hebt aangesloten, drukt u op de Controleer/
Stop knop op elke rookmelder en controleer of het alarmsignaal werkt op alle
rookmelders in een netwerk. Controleer ook of de rode LED werkt alleen op de
geteste rookmelder.
– 86 –
Installatie en ingebruikname
Voer de volgende stappen uit in de aangegeven volgorde om de melder aan het
plafond te installeren:
1. Maak de rookmelder los door deze linksom (tegen
de wijzers van de klok in) van de sokkel te draaien.
2. Breek de in de bevestigingssokkel aangebrachte
stift los (verdere gebruik in stap 6, wordt gebruikt
voor onbedoelde demontage).
3. Neem de boorgaten over door deze op de ondergrond
af te tekenen.
4. Boor de gaatjes, plaats de pluggen en schroef de sokkel vast.
Let er bij het aftekenen van de boorgaatjes op dat er geen elektrische
leidingen of snoeren, buizen of andere belangrijke installatiecompo-
nenten achter de afgetekende gaten aanwezig zijn!
5. Bevestig de rookmelder door deze rechtsom (met de wijzers van de klok mee) op
de sokkel te draaien. Op de zijkanten van de sokkel en de rookmelder zijn kleine
markeringen aangebracht, waarmee u de melder gemakkelijker op de sokkel kunt
bevestigen (zie onderstaande afbeeldingen). Om gebruiksklaar te zijn, moet de
melder in het stopcontact worden geklikt!
6. Plaats de borgstift van stap 2 in de opening aan de zijkant van de behuizing
om te voorkomen dat de melder kan worden losgedraaid (zie onderstaande
afbeeldingen).
Installatie en ingebruikname
– 87 –
NL