24. Testen – motorrichting (3-fase)
a) Inleiding
U kunt de multimeter gebruiken om de richting van de rotatie in een 3-fase stroomvoorziening te bepalen. In deze
modus heeft u slechts twee testkabels nodig. De fase conductoren (L1, L2 en L3) moeten na elkaar worden gescand.
De multimeter detecteert het faseverschil en geeft de richting van de rotatie (rotatieveld) aan met behulp van een pijl.
b) Bijzondere opmerkingen
• Er kan sprake zijn van een signaalinterferentie als u 3-fase motoren met een variabele frequentieaandrijving meet.
• Om de interferentie te minimaliseren, dient u de meting minstens 30 seconden lang uit te voeren.
• De nominale spanning is misschien niet volledig accuraat bij motoren met een variabele frequentieaandrijving en
mag alleen voor referentiedoeleinden worden gebruikt.
c) Test procedure
1.
Kies <
> modus.
2.
Druk op de SELECT toets en houd deze ingedrukt totdat [
display knippert. < Motor > modus is ingeschakeld.
- [ AC V Hz ] verschijnt op het display.
- De automatische meetbereikkeuze wordt uitgeschakeld en het 600
V bereik wordt geselecteerd.
- Opmerking: Als de meter zich in de < LPF > modus bevindt, kunt u
niet omschakelen naar de < Motor > modus.
3.
Een meting van ongeveer 0.0 V zal op het display verschijnen.
4.
Steek de rode testkabel in de
de COM voet.
5.
Sluit de zwarte testsonde aan op de L1 fase conductor. Deze
aansluiting dient gedurende de hele test op deze plek te blijven.
6.
Sluit de rode testsonde aan op de L2 fase conductor.
7.
Als er twee fase-conductoren worden herkend:
- Piept de multimeter en stopt [
- Het hoofddisplay toont de gemeten spanning.
- Het kleine display geeft de gemeten frequentie weer.
8.
Sluit binnen 5 seconden de rode testsonde aan op de L3 conductor.
- Als de sonde niet binnen 5 seconden wordt aangesloten, stopt de
multimeter met het maken van metingen en moet u van voren af
aan beginnen.
138
voet en de zwarte testkabel in
] met knipperen en blijft constant.
] op het