AFSTELLING GROTE VLAM, (zie fig 14, blz. 7)
AFSTELLING LUCHTKLEP
Schroef de moer (3) los, draai de schroef (1) tot de wijzer (2) in de gewenste stand komt.
Blokkeer de moer (3).
AFSTELLING POMP
De pomp is in de fabriek afgesteld op 12 bar.
De manometer voor de controle van de druk moet worden gemonteerd op de plaats van de stop (4, fig. 8, blz 4).
Indien het nodig is om de druk aan te passen, draai aan de schroef (5, fig. 8, blz. 4).
Bij stilstand van de brander, sluit de luchtklep automatisch tot een onderdruk van max. 0,5 mbar in de
schouw.
4.6 STARTPROGRAMMA
Normaal
Thermostaat
Motor
Ontstekingstransfo
Klep
Kleine vlam
Grote vlam
Vergrendeling
B
Aangeduid door de LED (controlelamp) op de bedienings- en controledoos (3, fig. 1, blz. 1).
5.
ONDERHOUD
De brander dient regelmatig aan een onderhoud door vaklui te worden onderworpen.
Onderhoud is noodzakelijk om een goede werking van de brander te verzekeren, om uitermate hoog
brandstofverbruik en dus hoge milieubelastende emissies te vermijden.
Alvorens de brander te reinigen of te controleren, sluit de elektrische voeding af door op de hoofd-
schakelaar te drukken.
BELANGRIJKSTE ONDERHOUDSTAKEN:
Controleer of de aanzuig- en/of terugloopleiding niet verstopt of in slechte staat zijn.
Reinig de filter op de aanzuigleiding (van brandstof) en de filter van de pomp.
Reinig de fotoweerstand (7, fig. 1, blz. 1).
Kijk na of het brandstofverbruik normaal is.
Vervang de verstuiver, (zie fig. 12, blz. 6) en controleer of de elektroden goed geplaatst zijn (fig. 13, blz. 7).
Reinig de branderkop de vlamhaker en de verstuiverlijn.
Laat de brander gedurende een 10-tal minuten op vollast draaien waarbij alle in deze aanwijzingen
opgegeven parameters gecontroleerd worden.
Voer daarna een brandstofanalyse uit en controleer:
Temperatuur verbrandingsgassen in de schouw;
Dichtheidsgraad van de verbrandingsgassen volgens de Bacharach-schaal.
1916
~
12s
3 ÷ 9 s
In veiligheid (vergrendeling)
bij gebrek aan ontsteking
~
12s
Gehalte CO
;
2
8
NL
B
5 s
D5544
Gehalte CO (ppm);