• De schuurbanden zijn geschikt voor het snel verwijderen van grote
hoeveelheden materiaal.
• Gebruik de schuurbanden niet voor het schuren van staal en magnesium
Het monteren van een schuurband
De schuurtrommel bestaat uit twee delen. Scheidt deze delen voor het
monteren of demonteren van een schuurband
1. Zorg ervoor dat alle O-ringen in plaats zijn
2. Schuif de schuurband volledig over het grote deel van de schuurtrommel
(LET OP: De schuurband past maar op één manier)
3. Plaats het kleine deel van de schuurtrommel in de schuurband en lijn deze
uit zodat de groef in de binnenste ring van het kleine deel over de stulp van
het grotere deel van de trommel past
De schuurtrommel in de machine monteren
• Zorg ervoor dat de machine is uitgeschakeld en de stekker uit het
stopcontact gehaald is voordat u de trommel (de) monteert
• Voor het monteren en demonteren van de schuurtrommel gebruikt dezelfde
instructies als voor het monteren en demonteren van de schaaftrommel
Parallelgeleider
1. Plaats de parallelgeleider (23) met behulp van de parallelgeleider
bevestigingsknop (22)
2. Wanneer de geleider in de juiste hoek gemonteerd is dient deze als
schaafgeleider en helpt het om de controle over de machine te houden
Bediening
De machine in- en uitschakelen
WAARSCHUWING: Controleer voordat u de stekker in het stopcontact steekt
of de machine in de uitgeschakelde stand staat en dat de vergrendelknop (6)
juist functioneert
1. Stop de stekker in het stopcontact, houdt uw wijsvinger op de
trekkerschakelaar en houdt uw duim op de vergrendelknop
2. Druk de vergrendelknop in zodat de trekkerschakelaar vrijgegeven wordt
waardoor deze ingedrukt kan worden. Wanneer de trekkerschakelaar
ingedrukt is en de machine draait laat u de vergrendelknop los
3. Om de machine stop te zetten laat u de trekker schakelaar los
4. Om de machine te herstarten hanteert u zowel de vergrendelknop als de
trekkerschakelaar
WAARSCHUWING: Houdt er rekening mee dat de trommel na het loslaten van
de trekkerschakelaar voor enige tijd door roteert. Laat de motor en trommel
volledig tot stilstand komen voordat u de machine neerlegt om zo schade aan
de machine en aan het werkstuk te voorkomen. Wanneer u de machine neer
wilt leggen, leg deze niet op de zijde van de ventilatiegaten zodat zaagsel/
spaanders niet in de motor komen
5. Wanneer de machine voor een korte periode niet gebruikt wordt stelt u de
diepte controleknop in op 'P' en rust u de voorste zijde van de machine op
een blok hout zodat de schaafbladen van de machine niet in contact staat
met enig materiaal. Zorg ervoor dat de achterste parkeervoet uitgeklapt is
om de schaafbladen te beschermen
Het verstellen van de rotatiesnelheid
De rotatiesnelheid van de trommel kan aangepast worden aan het te schaven/
schuren materiaal. Gebruik de snelheid controleknop (26) voor het instellen van
de benodigde rotatiesnelheid
LET OP: Voor schaven is het aan te raden de rotatiesnelheid op maximaal te
stellen om zo een optimaal schaafresultaat te verkrijgen.
Voor schuren is het af te raden de machine op de maximale rotatie snelheid
te stellen waar dit resulteert in overmatig trillen en de machine moeilijk onder
controle te houden is.
Het verstellen van de schaafdiepte
1. Draai de diepte verstelknop (1) rechtsom voor een diepere schaafsnede en
draai de knop linksom voor een minder diepe schaafsnede
2. De metingen op de ring onder de verstel knop geven de schaafdiepte weer.
Voorbeeld: Wanneer de "1" meting naast de pijl staat is de schaafdiepte
ongeveer 1 mm
3. Wanneer de schaafdiepte erg belangrijk is, schaaf dan eerst in afval
materiaal om de exacte diepte te verkrijgen
Schaven
1. Rust de voorkant van de machine op het werkstuk, waarbij de bladen het
werkstuk niet raken
2. Zet de machine aan en laat de bladen op volledige snelheid komen
3. Beweeg de machine langzaam voorwaarts waarbij u aan het begin van het
schaven druk op de voorkant, en aan het eind van het schaven druk op de
achterkant van de machine uit oefent
LET OP: Deze Triton schaafmachine is voorzien van een groter voorhandvat
dan traditionele elektrische schaafmachines. Het handvat zorgt voor een goede
ergonomie tijdens het schaven, maakt het balanceren en handelen van de
machine voor de gebruiker gemakkelijker en is bijzonder handig bij verticaal
schaven
4. Duw de machine over de rand van het werkstuk zonder de machine te
kantelen
LET OP: Schaven is gemakkelijker wanneer u het werkstuk lichtelijk van u af
plaatst zodat u benedenwaarts kunt schaven
5. Het aantal schaven en de diepte van de schaven bepaald de kwaliteit
van de afwerking. Voor een ruwere afwerking kunt u een schaafdiepte
vergroten, maar voor een fijne afwerking zult u de schaafdiepte moeten
verkleinen en de machine langzamer hanteren
WAARSCHUWING: Het te snel hanteren van de schaafmachine resulteert
mogelijk in een slechte afwerking en kan de motor en de schaafbladen
beschadigen.
WAARSCHUWING: Het te langzaam hanteren van de machine kan leiden tot
het verbranden van het werkstuk. De juiste schaafsnelheid hangt af van het
materiaal en de diepte van de schaafsnede. Oefen een aantal schaven op
afvalmateriaal om de juiste schaafsnelheid te bepalen
WAARSCHUWING: Gebruik beide handen om de machine te hanteren
WAARSCHUWING: Klem het werkstuk, wanneer mogelijk, vast
6. Tussen schaafwerken in kunt u de schaafmachine op een plat oppervlak
neerleggen wanneer de achterste parkeervoet (19) uitgeklapt is zodat de
schaafbladen het oppervlak niet raken. Zorg ervoor dat de parkeervoet in
de automatische stand staat
Afkanten (I - II)
1. Voor het maken van een afkant schaafsnede zoals afgebeeld in figuur 1, lijnt
u de V-groef (figuur 2) in de voet van de machine uit met de hoekrand van
het werkstuk
2. Maak de schaafbeweging langs de hoekrand.
Fig. 1. Afgekante hoekrand
Fig. 2. Uitlijning V-groef
GRENZELOOS SCHAVEN
De schaafmachine heeft een onbelemmerde schaafcapaciteit. Voor het
verkrijgen van onbelemmerde schaafcapaciteit volgt u de volgende 3 stappen
op.
1. Grip het voorste handvat met de duim, druk de trommelbeveiliging hendel
(3) in om de trommelbeveiliging (17) te verhogen en de trommel (16) bloot
te stellen.
2. Beweeg de schaafmachine langs het werkstuk
3. Wanneer de schaafsnede voltooid is haalt u de druk van de
trommelbeveiliging hendel (3). Controleert u of de trommelbeveiliging
volledig over de trommel valt
WAARSCHUWING: Verhoog de trommelbeveiliging niet wanneer u geen
onbelemmerde schaafsneden maakt
NL
17