1. Plaats de alternatieve processor in het proces. Plaats de tweede sensor zo dicht mogelijk bij de
eerste sensor.
2. Wacht totdat de DO-waarde stabiel is.
3. Op de controller van de eerste sensor gaat u naar MENU>SENSOR SETUP
(SENSORINSTELLING)>[Select Sensor (Selecteer sensor)]>CALIBRATE
(KALIBREREN)>SAMPLE CAL (MONSTER KAL).
4. Selecteer de optie voor het uitgangssignaal tijdens de kalibratie:
Optie
Omschrijving
Actief
Het instrument verzendt de actuele uitgangsmeetwaarde tijdens de kalibratieprocedure.
Hold
De sensoruitgangswaarde wordt vastgezet op de actuele meetwaarde tijdens de
kalibratieprocedure.
Transfer Tijdens de kalibratie wordt een vooraf ingestelde waarde verzonden. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de controller om de vooraf ingestelde waarde te wijzigen.
5. De controller toont:
• "Press ENTER when stabilized" ("Druk op ENTER na stabilisatie")
• Meting van de huidige opgeloste zuurstof
• De huidige temperatuurmeting
6. Als de meting stabiel is, drukt u op ENTER. Op het display wordt een invoerscherm
weergegeven.
Opmerking: De meting is doorgaans na 2 tot 3 minuten stabiel.
Als de waarde niet stabiliseert, wordt op het display "Unable to Calibrate" ("Kalibratie onmogelijk")
weergegeven, gevolgd door een foutmelding.
kalibratieproblemen.
Bericht
Kal. mislukt, offset hoog De berekende offsetwaarde is te hoog.
Kal. mislukt, offset laag
Kal. mislukt, onstabiel
Kalibratieprocedure sluiten
1. Tijdens de kalibratie drukt u op de toets TERUG. Er worden drie mogelijkheden getoond:
Optie
ABORT (AFBREKEN) Stop de kalibratie. Een nieuwe kalibratie moet vanaf het begin starten.
TERUG NAAR KAL
LEAVE (VERLATEN)
2. Selecteer één van de opties. Bevestig.
Kalibratiestandaarden resetten
Kalibratie-instellingen kunnen worden teruggezet naar de fabrieksinstellingen. Steilheids- en
offsetwaarden worden respectievelijk ingesteld op 1,0 en 0,0.
156 Nederlands
Tabel 4 Foutmeldingen van monsterkalibratie
Omschrijving
De berekende offsetwaarde is te laag.
De waarde is niet gestabiliseerd binnen de maximaal
toegestane kalibratietijd.
Omschrijving
Keer terug naar de huidige kalibratie.
Verlaat de kalibratie tijdelijk. Toegang naar andere menu's is toegestaan terwijl de
kalibratie op de achtergrond wordt voortgezet. Een kalibratie voor een tweede
sensor (indien aanwezig) kan worden gestart. Druk op de toets MENU om naar de
kalibratie terug te keren en selecteer Sensor Setup, [Select Sensor].
Tabel 4
toont de foutmelding en de oplossing voor
Oplossing
Herhaal de kalibratie.
Herhaal de kalibratie.
Herhaal de kalibratie.