WERKING
START
Vul de ontploffingsmotor met de correcte
hoeveelheid brandstof en let erop geen
brandstof op de apparatuur te gieten.
Plaats de schakelaar van de
ontploffingsmotor op ON.
Open de hendel om de brandstof naar de
carburateur te laten stromen, (fig.4)
Open de kraan van de lijn op het reservoir
zodat de kop bij nullast kan starten, (fig.5)
Indien de motor koud is, breng de hendel
van de starter in halfgesloten positie (fig.6)
Regel de versnellingshendel halverwege de
slag.
Start de motorcompressor m.b.v. de relatieve
zelfopwikkelende kabel. Zodra gestart is,
breng de
hendel van de starter geleidelijk aan in de
normale stand en sluit de afvoerkraan bij de
ingang van de stuurklep.
LET OP
Bij de eerste start moet de
motorcompressor bij nullast werken
gedurende ongeveer 25-30 min.
INLOOPPERIODE
Na ongeveer 100 bedrijfsuren moet het
laag toerental van de motor
gecontroleerd worden. Draai de relatieve
schroef aan de zijde van de carburateur
linksom om het toerental tot het
minimum te brengen, en draai rechtsom
om te verhogen (fig.7).
NL
fig. 4
fig. 5
fig. 6
fig. 7
28