Nederlands
c) Trek de steker uit de contactdoos en/of ver‐
wijder de uitneembare accu alvorens afstel‐
werkzaamheden uit te voeren, toebehoren te
vervangen of het apparaat op te bergen.
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt het
onbedoeld aanlopen van het elektrische
gereedschap.
d) Niet-gebruikt elektrisch gereedschap buiten
het bereik van kinderen opbergen. Elektrisch
gereedschap niet laten gebruiken door per‐
sonen die er niet mee vertrouwd zijn of die
de instructies niet hebben gelezen. Elek‐
trisch gereedschap is gevaarlijk als dit door
onervaren personen wordt gebruikt.
e) Elektrisch gereedschap en toebehoren zorg‐
vuldig onderhouden. Controleer of de bewe‐
gende delen correct functioneren en dat
deze niet klemmen, gebroken of beschadigd
zijn omdat hierdoor de werking van het elek‐
trische gereedschap nadelig wordt beïn‐
vloed. Beschadigde onderdelen voor het
gebruik van het elektrische gereedschap
laten repareren. Vele ongevallen zijn te wij‐
ten aan slecht onderhouden elektrisch
gereedschap.
De messen scherp en schoon houden. Zorg‐
f)
vuldig geslepen messen met scherpe snij‐
kanten klemmen minder snel en zijn gemak‐
kelijker te hanteren.
g) Elektrisch gereedschap, toebehoren, wissel‐
gereedschap enz. volgens deze instructies
gebruiken. Hierbij op de arbeidsomstandig‐
heden en de uit te voeren werkzaamheden
letten. Het gebruik van elektrisch gereed‐
schap voor andere dan de bedoelde toepas‐
singen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
h) Houd de handgrepen en handgreepvlakken,
schoon en olie- en vetvrij. Gladde handgre‐
pen en handgreepvlakken staan een veilige
bediening en controle over het elektrische
gereedschap in onvoorziene situaties in de
weg.
23.6
Service
a) Laat elektrisch gereedschap alleen repare‐
ren door gekwalificeerd en vakkundig perso‐
neel en alleen met originele vervangingson‐
derdelen. Daarmee wordt gewaarborgd dat
de veiligheid van het elektrische apparaat
behouden blijft.
94
23 Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elektrische gereedschappe...
23.7
Veiligheidsinstructies voor
gazonmaaiers en kantensnij‐
ders
a) Gebruik de machine niet bij slecht weer, met
name niet onweer. Daarmee verkleint u de
kans door bliksem te worden getroffen.
b) Onderzoek het werkgebied grondig op wilde
dieren. Wilde dieren kunnen door de draai‐
ende machine gewond raken.
c) Controleer het werkgebied grondig en verwij‐
der alle stenen, stukken hout, draden, botten
en andere vreemde voorwerpen. Weggeslin‐
gerde voorwerpen kunnen letsel veroorza‐
ken.
d) Controleer voorafgaand aan het gebruik van
de machines altijd of het snijgarnituur en de
snij-eenheid onbeschadigd zijn. Beschadigde
onderdelen vergroten de kans op letsel.
e) Controleer voorafgaand aan het gebruik of
de netkabel en eventuele verlengkabels
beschadigd of versleten zijn. Als de netkabel
tijdens het gebruik beschadigd raakt of slijt,
schakelt u de machine uit en raakt u de
kabel niet aan voordat u de netstekker uit het
stopcontact heeft getrokken. Een bescha‐
digde net- of verlengkabel kan tot een elektri‐
sche schok, brand en/of ernstig letsel leiden.
f)
Laat de beschermers op hun plaats.
Beschermers moeten klaar voor gebruik en
correct bevestigd zijn. Een losse, bescha‐
digde of onjuist werkende beschermer kan
tot letsel leiden.
g) Houd luchttoevoeropeningen vrij van afzet‐
tingen. Geblokkeerde luchtopeningen en
afzettingen kunnen leiden tot oververhitting
en brandgevaar.
h) Draag oog- en gehoorbeschermers. Een
geschikte persoonlijke veiligheidsuitrusting
zal voor minder letsel zorgen.
i)
Draag tijdens het gebruik van de machine
altijd beschermende schoenen met anti-slip‐
functie. Werk nooit met blote voeten of met
open sandalen. Zo verkleint u de kans op
voetletsel bij contact met het roterende snij-
element.
Draag tijdens het gebruik van de machine
j)
altijd kleding, zoals broeken, die de benen
van de gebruiker bedekt. Contact met het
roterende snij-element of met de draad kan
tot letsel leiden.
0458-280-9621-B