TFA_No. 35.1174_Anleitung
26.09.2024
Draadloze weerstation
• De temperatuur verschijnt op het display van de buitenzender. De schuifschakelaar is ingesteld op kanaal 1.
• Sluit het batterijvak weer.
4.2 Inbedrijfstelling van het basisstation
• Het basisstation kan worden gebruikt met voeding en/of met 3 x 1,5 V AAA-batterijen (niet inbegrepen). De
batterijen houden de functie bij een stroomstoring in stand, zodat niet alles opnieuw ingesteld moet worden
en de opgeslagen waarden bewaard blijven. Voor een continue achtergrondverlichting en om de energie
van de batterijen te besparen, gebruikt u de meegeleverde netadapter.
• Steek de verbindingsstekker in de daarvoor bestemde toegang en sluit het apparaat met de stekker in het
stopcontact aan.
• U hoort een signaal en alle segmenten van het scherm verschijnen kort.
• Het apparaat is nu bedrijfsklaar.
• Optioneel: Open het batterijvak en plaats er drie nieuwe batterijen 1,5 V AAA met de juiste polariteit. Sluit
het batterijvak weer.
4.3 Ontvangst van de buitenzender
• Het basisstation probeert voor 60 seconden de buitentemperatuur te ontvangen en het ontvangstsymbool
knippert.
• Is de ontvangst geslaagd, verschijnt de buitentemperatuur en het ontvangstsymbool op het display.
• Als de buitentemperatuur niet wordt ontvangen, blijft „- -. -" op het display staan. Test de batterijen en
begin opnieuw.
4.3.1 Opmerking over zenders zoeken
• U kunt de buitenzenderzoeker op een later tijdstip ook handmatig starten (bijv. bij verlies van het buitenzen-
dersignaal of na een batterijwissel).
• Houdt de CH toets op het basisstation drie seconden ingedrukt. Het ontvangstsymbool voor de buitenzen-
der knippert.
• Druk op de TX toets in het batterijvak van de zender. De overdracht van de gegevens vindt direct plaats en
bij succesvol ontvangst verschijnt de buitentemperatuur op het display van het basisstation.
64
10:54 Uhr
Seite 33
Draadloze weerstation
• Als het zendersignaal verloren gaat, zoekt het apparaat na 30 c.q. 60 minuten automatisch gedurende
60 seconden naar de zender. Wordt er geen signaal ontvangen, wordt de ontvangst om het hele uur voor
3 minuten geactiveerd.
4.4 Ontvangst van het radiografisch tijdsignaal
• Na de ontvangst van de buitenwaarden, probeert de klok nu het tijdsignaal te ontvangen en het DCF-ont-
vangstsymbool knippert.
• Als na 3-10 minuten de ontvangst succesvol is, verschijnt de zendergestuurde tijd en het DCF-ontvangst-
symbool permanent op het display.
• Het DCF-signaal wordt dagelijks om 1:00, 2:00 en 3:00 uur 's morgens ontvangen. Is de ontvangst niet
geslaagd, probeert de klok om 4:00 en 5:00 uur een signaal te krijgen.
• Opmerking: U kunt de DCF-ontvangst in de normale modus ook handmatig starten. Druk 3 seconden op de
–/MIN toets. Het DCF-ontvangstsymbool knippert.
• Houdt de –/MIN toets nog eens ingedrukt om de ontvangstpoging te onderbreken. Het DCF-ontvangstsym-
bool verdwijnt dan.
• Als de radiografische klok geen DCF-signaal ontvangt (wegens storingen, afstand, enz.), kunt u de tijd ook
handmatig instellen.
• De klok werkt dan als een gewone kwartsklok (zie: „Handmatige instellingen").
4.5 Aanwijzing voor de ontvangst van de zendergestuurde tijd
• De tijd wordt verzonden vanuit een atoomklok bij Frankfurt am Main door een DCF-77 (77,5 kHz) frequen-
tiesignaal met een bereik van ca. 1.500 km. Uw radiografische klok ontvangt dit signaal en zet het om in de
precieze tijd. Zelfs de overgang van zomer- naar wintertijd gebeurt automatisch.
• Vermijd de nabijheid tot eventuele stoorbronnen die de radio-ontvangst kunnen beïnvloeden (zie: „Stand-
plaats en montage").
• 's Nachts zijn er over het algemeen minder atmosferische storingen. Eén enkel ontvangst per dag is vol-
doende om de tijdsafwijking onder 1 seconde te houden.
65