3. Ingebruikname
3.1 Controle en gebruiksaanwijzingen
Aan het verkeerd gebruik van elektrische apparaten, vooral bij veedieren, zijn gevaren verbonden! Daarom dient u
vóór de ingebruikname van de tondeuse, volgende maatregelen in acht te nemen, om ongevallen te vermijden:
• Schakel het apparaat nimmer in voordat u de snijplaat correct hebt gemonteerd • De spanning, vermeld op het
typeplaatje, moet overeenstemmen van de spanning van het elektriciteitsnet • Vermijd elk contact met de bewegende
scheermessen • Leg het scheerapparaat altijd weg op een droge ondergrond en berg het scheerapparaat altijd op in
een droge ruimte • Vermijd elke aanraking met een scheerapparaat, dat met vloeistof in aanraking is gekomen . Scheer
nooit natte dieren . De in het scheerapparaat binnengedrongen vloeistoffen doen afbreuk aan de elektrische isolatie .
Maak het scheerapparaat uitsluitend schoon met een droge doek en een kwast of borstel • Breng de schakelaar van
het scheerapparaat in de stand ‚Uit' als u de accupatroon wilt vervangen • Gebruik geen beschadigde scheermessen
met afgebroken tanden . Werk enkel met scherpe scheermessen . Gebruik enkel originele scheermessen • Steek nooit
een voorwerp in een opening van de tondeuse . Het geluid van de tondeuse kan dieren onrustig maken . Een trap of het
lichaamsgewicht van het dier kan tot ernstige verwondingen leiden . Daarom dient u het dier voldoende vast te maken
• Het scheren van dieren mag enkel plaatsvinden, wanneer onbevoegden geen toegang hebben tot de plaats waar het
scheren gebeurt • Scheer enkel in goed verluchte ruimten en nooit in de buurt van explosieve stoffen .
Deze veiligheidsaanwijzingen dienen in ieder geval nageleefd te worden!
3.2 Scheerinstelling met regelschroef
Voor de instelling bij de ingebruikneming, gaat u als volgt te werk:
Vóór het scheren: (afbeelding 3) bij uitgeschakelde tondeuse draait u de regelschroef in tot u een
voelbare weerstand merkt . Daarna draait u de regelschroef nog een vierde draai verder in .
Tijdens het scheren: Wanneer de messen niet meer voldoende snijden, dient de regelschroef nog eens een vierde
draai verder ingedraaid te worden . Heeft dit verder indraaien niet het gewenste effect, dan zijn de messen bot en
moeten ze bijgeslepen worden . U dient er op te letten, dat de scheerspanning niet te hoog wordt ingesteld . Tijdens het
scheren dient u de scheerspanning af en toe een klein beetje bij te stellen . Wanneer met scheren wordt begonnen met
onvoldoende scheerspanning, kunnen er zich haren tussen de scheermessen verzamelen . Daardoor wordt het verdere
verloop van het scheren negatief beïnvloed of is dit helemaal niet meer mogelijk! Wanneer dit gebeurt, moeten de
scheermessen gedemonteerd, gereinigd en gesmeerd worden en zoals onder 4 .2 opnieuw gemonteerd worden . Te hoge
plaatdruk dient vermeden te worden, omdat daardoor een hoge opwarming en een grotere slijtage optreedt . Het af
fabriek geleverde scheerapparaat is gebruiksklaar afgesteld .
3.3 Het correct smeren van de scheerkop
De meest voorkomende foutoorzaak voor een niet bevredigend scheerproces evenals oververhitting van de tondeuse,
is een gebrek aan smering . Voor een optimaal scheerproces evenals verlengde levensduur van de scheermessen en
de tondeuse, is een dunne film olie op de scheermessen onontbeerlijk . Alle andere bewegende onderdelen van de
scheerkop moeten eveneens goed met olie worden gesmeerd . Breng om de 10 minuten een druppeltje olie aan
op de scheermessen en in de smeeropening van de scheerkop (afbeelding 1+2), zodat deze niet droog
lopen. Gebruik enkel onze speciale smeerolie voor tondeuses .
3.4 In- /Uitschakelen
De schuifschakelaar heeft twee standen
Stand 1: tondeuse in ingeschakeld
Stand 0: tondeuse is uitgeschakeld
Controleer de stand van de schakelaar voordat u een accupatroon plaatst . De schakelaar moet in de stand ‚0' staan .
Gebruik uitsluitend de schuifschakelaar als u het scheerapparaat wilt inschakelen of uitschakelen .
38