2 Veiligheidsaanwijzingen en werktechniek
Bij het maaien van gras en het opschonen van
jonge aanplant met het apparaat net als met een
zeis, vlak boven de grond, werken.
Voor het snoeien van wildgroei en struikgewas
het slagmes van bovenaf in de plant 'steken' –
het snijgoed wordt verhakseld – hierbij het snij‐
garnituur niet boven heuphoogte houden.
Bij deze werktechniek moet uiterst voorzichtig te
werk worden gegaan. Hoe groter de afstand van
het snijgarnituur ten opzichte van de grond, des
te groter is het risico dat er materiaal opzij wordt
geslingerd – kans op letsel!
Attentie! Bij onjuist gebruik kan het slagmes wor‐
den beschadigd – kans op letsel door weggeslin‐
gerde delen!
Om de kans op ongelukken te reduceren, het
volgende beslist in acht nemen:
– Contact met stenen, metalen voorwerpen en
dergelijke voorkomen
– Geen hout of struikgewas met een diameter
van meer dan 2 cm doorsnijden (zagen) – voor
grotere diameters gebruikmaken van een cir‐
kelzaagblad
– Het slagmes regelmatig op beschadigingen
controleren – een beschadigd slagmes niet
verder gebruiken
– Het slagmes regelmatig en als het merkbaar
bot is geworden volgens voorschrift slijpen en
– indien nodig – balanceren (STIHL adviseert
dit door de STIHL dealer te laten uitvoeren)
2.20
Hakselmes
Voor het uitdunnen en verhakselen van taai, ver‐
vilt gras, wildgroei en struikgewas.
0458-433-9421-B
Voor het snoeien en versnipperen van wildgroei
en struikgewas het hakselmes van bovenaf in de
plant 'steken' – het snijgoed wordt verhakseld –
hierbij het snijgarnituur niet boven heuphoogte
houden.
Bij deze werktechniek moet uiterst voorzichtig te
werk worden gegaan. Hoe groter de afstand van
het snijgarnituur ten opzichte van de grond, des
te groter is het risico dat er materiaal opzij wordt
geslingerd – kans op letsel!
Attentie! Bij misbruik kan het hakselmes worden
beschadigd – kans op letsel door weggeslin‐
gerde onderdelen!
Om de kans op ongelukken te reduceren, het
volgende beslist in acht nemen:
– Contact met stenen, metalen voorwerpen en
dergelijke voorkomen
– Geen hout of struikgewas met een diameter
van meer dan 2 cm doorsnijden (zagen) – voor
grotere diameters gebruikmaken van een cir‐
kelzaagblad
– Het hakselmes regelmatig op beschadigingen
controleren – een beschadigd hakselmes niet
verder gebruiken
– Het hakselmes regelmatig en bij merkbaar bot
worden volgens voorschrift slijpen en – indien
nodig – balanceren (STIHL adviseert dit door
de STIHL dealer te laten uitvoeren)
2.21
Cirkelzaagblad
Voor het zagen van struiken en bomen:
Tot een stamdiameter van 4 cm in combinatie
met motorzeisen
Tot een stamdiameter van 7 cm in combinatie
met bosmaaiers.
Het beste zaagresultaat wordt bereikt met vol
gas en een gelijkmatige aanzetdruk.
Cirkelzaagbladen alleen met een bij de diameter
van het snijgarnituur passende aanslag gebrui‐
ken.
Nederlands
85