Bij verder gebruik start het toestel op hetzelfde
ventilatieniveau dat tijdens de laatste bediening
werd geselecteerd.
Als de netadapter
koppeld, start het apparaat opnieuw op in
ventilatieniveau "003".
Opmerking: Tijdens de werking blijft het display
ongeveer 20 seconden branden voordat het display
uitgaat en overschakelt naar de stand-bymodus.
5.2 Schakel het apparaat uit
Druk op de knop
gebruik terug te zetten in de stand-bymodus.
OPMERKING: Het apparaat schakelt uit terwijl
het display 4 ongeveer 10 seconden lang "000"
weergeeft en schakelt dan ook uit.
5.3 Bedrijfsmodus selecteren
Om een bedrijfsmodus te wijzigen, drukt u her-
haaldelijk op de knop
te modus wordt weergegeven op het display
4 . Je kunt kiezen uit de modi power, sleep en
nature.
5.4 Ventilatieniveaus selecteren
Druk herhaaldelijk op de knop
gewenste ventilatieniveau te bereiken.
Je kunt kiezen uit 20 verschillende ventilatieni-
veaus.
Het gewenste ventilatieniveau wordt direct over-
genomen.
Weergave Bedrijfsmodus
Vermogensmodus
-P-
Het apparaat schakelt over naar
het hoogste niveau van de ventila-
tiemodus
tussentijds wordt losge-
17
1 om het apparaat na
6 totdat de gewens-
2 om het
Weergave Bedrijfsmodus
Slaapstand
De maximale snelheid in de
slaapstand is niveau 10. In de
slaapstand wordt de snelheid met
4 niveaus verlaagd en na 10 secon-
den met 2 niveaus verhoogd en na
-S-
nog eens 10 seconden nogmaals
met 2 niveaus. Daarna wordt de
ingestelde snelheid weer bereikt.
Dit interval duurt 30 minuten. Na
deze tijd verlaagt het apparaat
de snelheid telkens met 2 niveaus.
Dit wordt herhaald tot niveau 2 is
bereikt.
Natuurmodus
Simulatie van natuurlijke wind-
vlagen. Om de 10 seconden
wordt de snelheid verminderd of
-n-
verhoogd met 4 niveaus van het
ingestelde ventilatieniveau.
Opmerking: De laagste snelheid
die kan worden ingesteld in de
natuurmodus is dus niveau 5 en de
hoogste snelheid is niveau 16.
5.5 Timer-functie
De timer wordt gebruikt om het apparaat automa-
tisch uit te schakelen na een vooraf ingestelde tijd.
De timerfunctie kan worden ingesteld in intervallen
van maximaal 8 uur.
Druk tijdens het gebruik op de knop
de timerfunctie te activeren. De urenindicator
licht op.
Druk herhaaldelijk op de knop
gewenste uur in te stellen.
Wacht ongeveer 10 seconden tot de instellin-
gen worden geaccepteerd.
Na een succesvolle overdracht keert het scherm
terug naar de huidige ventilatorsnelheid.
5 om
5 om het
NL/BE
55