Bediening
2. U kunt nu uw eigen prof I-programma opstellen met be-
hulp van de OMHOOG/OMLAAG-knoppen (zwaarte van de
belastingtrap) en de MODUS-knop (kolom selecteren/be-
vestigen).
3. Houd voor de opslag van het profi el de MODUS-knop ca.
3 seconden ingedrukt.
4. Als u een of meerdere trainingsparameters wilt opgeven,
dan selecteert u met de MODUS-knop de gewenste pa -
ra meter(s) en stelt u de waarde in met de OMHOOG/
OMLAAG-knoppen.
5. Druk ten slotte op de START/STOP-knop om de training te
beginnen. Dit is ook mogelijk, als u tevoren geen trai-
ningsparameter hebt geselecteerd.
OPMERKING
Zodra een van de vooraf ingestelde parameters is terug-
geteld tot nul, hoort u een akoestisch signaal en stopt
het trainingsprogramma automatisch. Als u meer para-
meters vooraf hebt ingesteld, kunt u het programma
voortzetten door de START/STOP-knop in te drukken.
Tijdens de training kunt u de belastingtrappen (WDST) met
behulp van de OMHOOG/OMLAAG-knoppen verhogen of ver-
lagen. U kunt de training op elk moment onderbreken door
op de START/STOP-knop te drukken. Om de training voort te
zetten drukt u opnieuw op de START/STOP-knop. Als u de
training helemaal wilt beëindigen, dan drukt u in plaats
daarvan op de RESET-knop. U gaat dan terug naar de pro-
grammaselectie.
D Polsslagprogramma (HRC – 55%/75%/90%/TAG)
Bij de polsslagprogramma's wordt de belastingtrap van de
computer opgegeven en afhankelijk van de actuele pols-
slag en ingestelde hartfrequentie resp. programma auto-
matisch aangepast. De belastingtrappen zullen dus tijdens
de training afhankelijk van uw polsslag toe- of af nemen.
55% doelpolsslag = 55 % van (220 – leeftijd)
75% doelpolsslag = 75 % van (220 –leeftijd)
90% doelpolsslag = 90 % van (220 –leeftijd)
TAG
= doelpolsslagprogramma
REX_Trainer_BX400E_12.indd NL-113
REX_Trainer_BX400E_12.indd NL-113
(door u opgegeven doelpolsslag)
ATTENTIE
Let erop dat u altijd met de voor u geschikte doelpolss-
lag traint. Lees de aanwijzingen en hoofdstuk Trainings-
parameters
1. Selecteer het polsslagprogramma „HRC" met behulp van
de OMHOOG/OMLAAG-knoppen en bevestig dit met de
MODUS-knop.
2. Stel nu een van de subprogramma's (55%/75%/90%/TAG)
in door op de OMHOOG/OMLAAG-knoppen te drukken en te
bevestigen met de MODUS-knop.
3. Als u een of meerdere trainingsparameters wilt opgeven,
dan selecteert u met de MODUS-knop de gewenste pa -
ra meter(s) en stelt u de waarde in met de OMHOOG/
OMLAAG-knoppen.
4. Druk ten slotte op de START/STOP-knop om de training te
beginnen. Dit is ook mogelijk, als u tevoren geen trai-
ningsparameter hebt geselecteerd.
OPMERKING
Zodra een van de vooraf ingestelde parameters is terug-
geteld tot nul, hoort u een akoestisch signaal en stopt
het trainingsprogramma automatisch. Als u meer para-
meters vooraf hebt ingesteld, kunt u het programma
voortzetten door de START/STOP-knop in te drukken.
U kunt de training op elk moment onderbreken door op de
START/STOP-knop te drukken. Om de training voort te zetten
drukt u opnieuw op de START/STOP-knop. Als u de training
helemaal wilt beëindigen, dan drukt u in plaats daarvan op
de RESET-knop. U gaat dan terug naar de programmaselectie.
OPMERKING
Als alternatief voor de handsensoren kunt u de meege-
leverde borstgordel gebruiken. Let erop dat deze vlakbij
het hart en in contact met de huid wordt geplaatst.
NL-113
20.06.12 10:32
20.06.12 10:32