kooktips
basistechnieken
–
plaatsen
Plaats dikkere stukken aan de buitenkant op
het draaiplateau.
Gerechten die aan de buitenkant op het
draaiplateau geplaats worden ontvangen de
meeste microgolven.
–
roeren
Door gerechten regelmatig te roeren
verspreid u de opgeslagen warmte. Roer
altijd van buiten naar binnen, aangezien de
buitenkant van het gerecht altijd het eerste
warm wordt.
–
omdraaien
Grote, dikke gerechten regelmatig
omdraaien. Ze garen dan regelmatiger en
sneller.
–
aluminiumfolie
Aluminiumfolie blokkeert de
magnetrongolven. Door dunnere gedeelten
van gerechten (zoals kippenpoten) af te
dekken voorkomt u dat ze te snel garen.
NL 18
–
prikken
Gerechten met een vel of schaal, zoals
eierdooiers, schaaldieren en fruit barsten
open in de magnetron. Door er van te voren
enkele keren met een vork of satéprikker in
te prikken voorkomt u dat.
–
controleren
Gerechten garen snel. Controleer ze daarom
regelmatig. Haal gerechten net voordat ze
gaar zijn uit de magnetron.
–
nagaren
Laat gerechten, nadat u ze uit de magnetron
hebt gehaald, over het algemeen 3 tot
10 minuten afgedekt staan. De gerechten
garen dan na.
Gerechten met een droge korst, zoals cake,
niet afdekken.
kooktabellen
magnetronvermogens
In onderstaande tabel kunt u zien uit welke 5 magnetronvermogens u kunt kiezen en voor welke
gerechten de vermogens geschikt zijn.
vermogen
wattage
aantal x drukken
op toets
hoog (100%)
900 W
midden-hoog (80%)
720 W
midden (60%)
540 W
ontdooien (40%)
360 W
ontdooien
180 W
gevoelig (20%)
opwarmen
gerecht
hoeveelheid
vermogen
melk,
2 dl (1 kop)
900 W
chocolademelk,
bouillon
soep
2 1/2 dl (1 kom)
900 W
rijst, nasi, bami
1 persoon
900 W
4 personen
900 W
groente
1 persoon
900 W
500 g
900 W
maaltijd
1 persoon
900 W
groot vlees (gaar)
500 g
ontdooien
(360 W)
gebraden vlees
4 lapjes
900 W
in jus
rookworst
250 g
720 W
halve kip
400 g
900 W
gebakken vis
150 g
900 W
gerecht
1x
– water koken, opwarmen
– koken van kip, vis, groenten
2x
– opwarmen
– koken van paddestoelen, schaaldieren
– koken van gerechten die ei en kaas bevatten
3x
– eieren bereiden (pas op!)
– koken van rijst, soep
4x
– ontdooien
– chocola en boter smelten
5x
– ontdooien van gevoelige/kwetsbare
–
gerechten
– ontdooien van onregelmatig gevormde
gerechten
– consumptieijs zacht maken
– uit laten rijzen van deeg
tijd (min.)
bijzonderheden
1 1/2 - 2 1/2 Niet afdekken.
2 - 3
Niet afdekken; 1x roeren.
2 - 3
1x tot 2x roeren.
10 - 12
1x tot 2x roeren.
1 1/2 - 2
Groente een keer omscheppen.
7 - 8
Groente een keer omscheppen.
3 - 4
Tijd onder andere afhankelijk van de begintemperatuur.
(bijvoorbeeld uit de koelkast of niet).
7 - 9
Niet afdekken en eventueel bestrijken met gesmolten
boter of olie.
5 - 7
Afdekken.
1 1/2 - 2
Vacuüm zak met vork doorprikken.
3 - 5
Kip tot halverwege de bereidingstijd afdekken,
daarna in schaal zonder deksel leggen.
1 - 3
Niet afdekken.
NL 19