Inhoudsopgave
Veiligheid..................................... 103
Algemene aanwijzingen ............... 103
Bestemming van het apparaat ..... 103
Inperking van de gebruikers ........ 103
Veiliger transport .......................... 104
Veilige installatie........................... 104
Veilig gebruik................................ 105
Beschadigd apparaat................... 107
Het voorkomen van materiële
schade ......................................... 109
Milieubescherming en bespa-
ring............................................... 109
Afvoeren van de verpakking ........ 109
Energie besparen ......................... 109
Opstellen en aansluiten .............. 110
Leveringsomvang ......................... 110
Apparaat opstellen en aanslui-
ten................................................. 110
Criteria voor de opstellocatie ....... 111
Het apparaat voor het eerste ge-
bruik voorbereiden ....................... 111
Apparaat elektrisch aansluiten..... 111
Uw apparaat leren kennen.......... 112
Apparaat....................................... 112
Bedieningselementen................... 112
Uitrusting..................................... 112
Legplateau.................................... 113
Variabel legplateau....................... 113
Uittrekbaar legplateau .................. 113
Groente- en fruitlade..................... 113
Verskoellade................................. 113
Boter- en kaasvak ........................ 113
Deurrekken ................................... 113
Accessoires .................................. 113
De Bediening in essentie............ 114
Apparaat inschakelen................... 114
Opmerkingen bij het gebruik ....... 114
Machine uitschakelen................... 115
Temperatuur instellen................... 115
Extra functies .............................. 115
Superkoelen ................................ 115
Automatisch Supervriezen ........... 115
Handmatig Supervriezen .............. 116
Vakantiemodus............................. 116
Alarm............................................ 117
Deuralarm..................................... 117
Temperatuuralarm ........................ 117
Koelvak ........................................ 117
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het koelvak........ 117
Koudezones in het koelvak .......... 118
Verskoelruimte ............................ 118
Bewaartijden in de verskoelruim-
te bij 0 °C..................................... 118
Vriesvak ....................................... 118
Invriescapaciteit............................ 119
Vriesvakvolume volledig gebrui-
ken................................................ 119
Tips voor het inkopen van diep-
vrieskost ....................................... 119
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het vriesvak....... 119
Kleinere hoeveelheid levensmid-
delen snel bevriezen .................... 120
Tips voor het bevriezen van ver-
se levensmiddelen ....................... 120
Houdbaarheid van de diepvries-
waren bij −18 °C .......................... 121
Diepvrieskalender......................... 121
Ontdooimethodes voor diep-
vrieswaren .................................... 121
Ontdooien .................................... 121
Ontdooien in het koelvak. ............ 121
Ontdooien in de verskoelruimte ... 121
Ontdooien in het vriesvak ............ 121
nl
101