4 Veiligheidsinstructies
Werkhandschoenen dragen.
Op de veiligheidsinstructies met betrek‐
king tot terugslag en de maatregelen
hiertegen letten.
Op de veiligheidsinstructies voor opge‐
slingerde voorwerpen en de maatrege‐
len hiertegen letten.
De veiligheidsafstand aanhou‐
15m (50ft)
den.
De accu tijdens werkonderbrekingen,
vervoer, opslag, onderhouds- of repa‐
ratiewerkzaamheden uit het apparaat
nemen.
De accu tegen hitte en vuur bescher‐
men.
De accu niet onderdompelen in vloei‐
stoffen.
Minimale afstand tussen beu‐
gelhandgreep en snijgarnituur
niet onderschrijden.
4.1.2
Beschermkap voor maaikoppen
De waarschuwingssymbolen op de beschermkap
voor de maaikop hebben de volgende betekenis:
Deze beschermkap voor maaikoppen
gebruiken.
Deze beschermkap niet gebruiken voor
grassnijbladen.
4.2
Gebruik conform de voorschrif‐
ten
De motorzeis STIHL FSA 120.0 R is bedoeld
voor de volgende toepassingen:
– met een maaikop: maaien van gras
– met een grassnijblad: maaien van gras en
onkruid
De motorzeis kan bij regen worden gebruikt.
De motorzeis wordt door een accu STIHL AP of
een accu STIHL AR van energie voorzien.
De accu met
kan in combinatie met de STIHL
connected-app informatie over de accu persona‐
0458-029-9601-A
liseren en overdragen door middel van de Blue‐
®
tooth
-technologie.
WAARSCHUWING
■ Accu's die niet door STIHL voor de motorzeis
zijn vrijgegeven, kunnen leiden tot brand en
explosiegevaar. Personen kunnen ernstig of
dodelijk letsel oplopen en er kan materiële
schade ontstaan.
► Gebruik de motorzeis met een accu
STIHL AP of een accu STIHL AR.
■ Als de motorzeis of de accu niet volgens voor‐
schrift wordt gebruikt, kan dit leiden tot ernstig
persoonlijk letsel of zelfs de dood en er kan
materiële schade ontstaan.
► Gebruik de motorzeis zoals in deze handlei‐
ding staat beschreven.
► Gebruik de accu zoals staat beschreven in
deze handleiding, de handleiding van accu
STIHL AR, de STIHL connected-app en op
www.connect.stihl.com.
4.3
Eisen aan de gebruiker
WAARSCHUWING
■ Gebruikers die niet zijn geïnstrueerd kunnen
de gevaren van de motorzeis en de accu niet
herkennen of niet inschatten. De gebruiker of
andere personen kunnen ernstig of zelfs dode‐
lijk letsel oplopen.
► De handleiding lezen, begrijpen en
bewaren.
► Als de motorzeis of de accu aan een
andere persoon wordt overhandigd: de
handleiding meegeven.
► Controleren of de gebruiker aan de vol‐
gende eisen voldoet:
– De gebruiker is uitgerust.
– De gebruiker is lichamelijk, sensorisch
en geestelijk in staat de motorzeis of de
accu in gebruik te nemen en hiermee te
werken. Als de gebruiker lichamelijk,
sensorisch of geestelijk beperkt is, mag
de gebruiker slechts onder toezicht van
of na instructie door een hiertoe verant‐
woordelijke of bevoegde persoon hier‐
mee werken.
– De gebruiker kan de gevaren van de
motorzeis en de accu herkennen en
inschatten.
– De gebruiker is meerderjarig of de
gebruiker wordt overeenkomstig de
Nederlands
61