Maaimesschakelaar (aftakas, PTO)
Met de maaimesschakelaar, aangeduid met het
aftakassymbool (PTO), schakelt u de aandrijving naar
de maaimessen aan of uit
Urenteller
De urenteller registreert het aantal uren dat de
motor in bedrijf is geweest. De urenteller werkt als
de motor loopt. Gebruik deze tijden om regelmatig
onderhoudswerkzaamheden te plannen
1. Symbolen
veiligheidssysteem
2. Urenteller
Indicators veiligheidssysteem
Er staan symbolen op de urenteller die met een
zwarte driehoek aangeven dat het veiligheidssysteem
juist aangebracht is
(Figuur
(Figuur
5).
(Figuur
Figuur 6
3. Acculampje
6).
Accu-indicatielampje
Als u het contactsleuteltje gedurende een paar
seconden in de stand A
weergeven in het gebied waar normaal de uren
worden weergegeven.
Het acculampje wordt ingeschakeld wanneer de
contactschakelaar is ingeschakeld en wanneer de
lading zich onder het juiste bedrijfsniveau bevindt
(Figuur
6).
6).
Rijhendels
De rijhendels worden gebruikt om de motor vooruit en
achteruit te laten rijden en om bochten naar links of
naar rechts te maken
Vergrendelde neutraalstand
Zet de rijhendels vanuit het midden naar buiten naar
de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
machine verlaat
de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
stopt of onbeheerd achterlaat.
g187133
Parkeerremhendel
Als u de motor afzet, moet u de parkeerrem in werking
stellen om te voorkomen dat de machine per ongeluk
in beweging komt.
Brandstofklep
Sluit de brandstofafsluitklep wanneer u de machine
transporteert of stalt; zie
gebruiken (bladz.
14
zet, wordt de accuspanning
AN
(Figuur
4).
wanneer u de
(Figuur
25). Zet de rijhendels altijd in
als u de machine
De brandstofafsluitklep
32).