5 Reiniging en Onderhoud
5.1
Waarschuwingen
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging
van de oppervlakken
•
Reinig het apparaat niet met
een stoomreiniger
•
Gebruik geen bijtende of
schurende
reinigingsmiddelen of
producten die ammoniak,
bleekmiddel of chloor
bevatten (bijv. poeders,
vlekverwijderaars, enz.).
•
Gebruik geen ruw,
schurend of scherp
materiaal.
Reiniging / Onderhoud
86
5.2 Reiniging van het
apparaat
Voor een goed behoud van het
oppervlak moeten de oppervlakken
na elk gebruik regelmatig worden
gereinigd, nadat ze zijn afgekoeld.
Vermijd dat etensresten aan de
binnenkant van de lade opdrogen,
want die kunnen het glazuur
beschadigen.
Om de lade te reinigen:
1. Verwijder de antislipbodem.
2. Breng niet-schurend
reinigingsmiddel aan op een
vochtige doek en haal de doek
over de oppervlakken.
3. Spoel nauwgezet af.
4. Droogwrijven met een zachte
doek of microvezeldoek.
Om de anti-slipbodem te reinigen:
1. Verwijder de antislipbodem.
2. Reinig met behulp van
lauwwarm water of niet-
schurend reinigingsmiddel.
3. Goed drogen met een zachte
doek of microvezeldoek.
4. Plaats de volledig gedroogde
ladebodem in de lade.