Instellingen aan de sirene
•
Jamming/stoorsignalen
De sirene let zelf op stoorsignalen maar wordt bij stoorsignalen niet automatisch geactiveerd.
Jumper aangesloten: Jamming aan – de sirene informeert de alarmcentrale (fabrieksinstelling)
Jumper losgemaakt: Jamming uit – geen actie
•
Automatische activering bij sabotage (AAS modus)
Jumper aangesloten: AAS aan – automatische activering van de sirene bij geopende sabotagecontacten en
Jumper losgemaakt: AAS uit – geen automatisch activering bij sabotage maar melding aan de alarmcentrale.
•
Sirene-uitschakelduur: De akoestische sirene schakelt uit na de vooringestelde uitschakelduur of zodra ze het
commando ter uitschakeling van de alarmcentrale krijgt. Afhankelijk van de jumperpositie verandert de
uitschakelduur.
Jumper losgemaakt:
Jumper links aangesloten:
Jumper rechts aangesloten:
Deze instelling betreft niet de flits. Deze schakelt uiterlijk na 15 min. uit.
Positionering van de LED-flitsbalk
U kan de LED-flitsbalk boven of onder in de sirene aanbrengen.
Als u de flitsbalk wil verplaatsen, maakt u eerst de batterijaansluitingen los. Buig nu de houderklemmen naar buiten en
neem de flitsbalk er af. Let op de snoergeleiding van de flitsbalk in de bodemplaat en zet de flitsbalk er op de andere
plek weer in. Zorg ervoor dat deze goed vastklikt. Plaats de batterijen opnieuw en sluit de behuizing. Let op de juiste
afstelling van de lens.
informatie aan de alarmcentrale. De sirene schakelt uit als de sabotagecontacten weer
gesloten zijn of het commando van de alarmcentrale komt (fabrieksinstelling)
Afhankelijk van de instelling geeft deze dan het commando ter activering aan de sirene
of niet.
5 sec.
3 min.
15 min. (fabrieksinstelling)
20