Gereedschap-/
accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is voorzien van een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem schakelt auto-
matisch de voeding naar de motor uit om de levensduur
van het gereedschap en de accu te verlengen. Het
gereedschap kan tijdens het gebruik automatisch stop-
pen als het gereedschap of de accu aan één van de
volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
Status
Aan
Overbelast
Oververhit
3
2
Te ver
ontladen
Overbelastingsbeveiliging
Wanneer het gereedschap overbelast wordt door
verstrikt geraakte onkruiden of ander vuil, knipperen
de toerentallampjes 2 en 3, en stopt het gereedschap
automatisch.
Schakel in die situatie het gereedschap uit en stop het
gebruik dat ertoe leidde dat het gereedschap overbelast
raakte. Schakel daarna het gereedschap in om het weer
te starten.
Oververhittingsbeveiliging voor het
gereedschap of de accu
Er zijn twee vormen van oververhitting: oververhitting
van het gereedschap en oververhitting van de accu.
Wanneer het gereedschap oververhit raakt, knipperen
alle toerentallampjes. Wanneer de accu oververhit
raakt, knippert toerentallampje 1.
Als oververhitting optreedt, stopt het gereedschap auto-
matisch. Laat het gereedschap en/of de accu afkoelen
alvorens het gereedschap weer in te schakelen.
Beveiliging tegen te ver ontladen
Wanneer de acculading laag wordt, stopt het gereed-
schap automatisch en knippert het toerentallampje 1.
Als het gereedschap niet werkt ondanks dat de schake-
laars worden bediend, verwijdert u de accu's vanaf het
gereedschap en laadt u de accu's op.
Toerentallampjes
Uit
Knippert
3
2
3
2
De resterende acculading
controleren
Alleen voor accu's met indicatorlampjes
► Fig.6: 1. Indicatorlampjes 2. Testknop
Druk op de testknop op de accu om de resterende
acculading te zien. De indicatorlampjes branden gedu-
rende enkele seconden.
Indicatorlampjes
Brandt
OPMERKING: Afhankelijk van de gebruiksomstan-
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
lijk dat de aangegeven acculading verschilt van de
werkelijke acculading.
OPMERKING: Het eerste (meest linker) indicator-
lampje knippert wanneer het accubeveiligingssys-
teem in werking is getreden.
Hoofdschakelaar
Tik op de aan-uitknop om het gereedschap in te
schakelen.
Om het gereedschap uit te schakelen, houdt u de aan-
-uitknop ingedrukt totdat het voedingslampje en toeren-
tallampjes uit gaan.
► Fig.7: 1. Toerentallampjes 2. Aan-uitknop
3. Voedingslampje
OPMERKING: Het gereedschap wordt automatisch
uitgeschakeld nadat het gedurende een bepaalde
tijdsduur niet is bediend.
84 NEDERLANDS
Uit
Knippert
75% tot 100%
50% tot 75%
25% tot 50%
Laad de accu
opgetreden in
Resterende
acculading
0% tot 25%
op.
Er kan een
storing zijn
de accu.