Murray 425307x51A Manuel De L'opérateur page 171

Troubleshooting Schema
Probleem
De motor slaat niet aan.
De motor wil niet draaien.
De motor slaat moeilijk
aan.
De motor loopt onregelmatig
of met gereduceerd vermogen.
De motor loopt onregelmatig
bij hoge snelheden.
De motor slaat af als de
messen worden ingeschakeld.
De motor slaat af op een helling.
1. Volg de aanwijzingen onder "Starten van de motor" op.
2. Modellen met electrische start: Maak de accuklemmen schoon en
verbind ze daarna goed.
3. Kijk of er een draad los zit. Kijk of de limietschakelaars vast zitten.
(Zie het bedradingsschema.)
4. Tap de benzinetank af, maak de benzineleiding schoon en vervang
het benzinefilter.
5. Verwijder de bougie(s). Zet de choke in de SLOW stand. Draai het
contactsleuteltje in de ON stand. Probeer de motor enige malen
te starten. Plaats de bougie weer terug.
6. Vervang de bougie.
7. Stel de carburateur bij.
1. Volg de aanwijzingen onder "Starten van de motor" op.
2. Modellen met electrische start: Laad de accu op.
3. Vervang de zekering.
4. Controleer de kabelboom op schade of een losse verbinding.
Vervang de beschadigde draad.
5. Modellen met electrische start: vervang de solenoïde. Modellen met
trekstart: vervang de module.
1. Stel de carburateur bij.
2. Vervang de bougie.
3. Vervang het benzinefilter.
1. Peil de olie.
2. Maak het luchtfilter schoon.
3. Maak het buitenste stalen luchtfilter schoon.
4. Vervang de bougie.
5. De motor wordt te zwaar belast. Schakel in een lagere versnelling.
6. Stel de carburateur bij.
7. Vervang het benzinefilter.
1. Vervang de bougie.
2. Stel de choke beter af.
3. Vervang het luchtfilter.
4. Vervang het benzinefilter.
1. Controleer de kabelboom op schade of een losse verbinding.
Vervang de beschadigde draad.
2. De graszak moet zijn gemonteerd (alleen van toepassing op het
model met een graszak en achteruitworp).
1. Maai altijd de helling op en af, nooit parallelaan de helling.
31
Oplossing
nl