Hayward AQUARITE FLO ADVANCED Guide De L'utilisateur page 73

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 1
Het redox-niveau informeert u over het oxidatiepotentieel van het water, m.a.w. het desinfecterende vermogen. De parameters, of instelwaarden,
zijn de minimale/maximale redox-niveaus waarbij de titaniumcel wordt in-/uitgeschakeld. Het afstellen van de ideale redox-waarde (instelwaarde) is
de laatste stap van het proces waardoor het systeem in bedrijf wordt genomen. Ga als volgt te werk om het optimale redox-niveau van uw zwembad
te vinden:
1. Schakel het filtratiesysteem in van het zwembad (het zout moet volledig in het zwembad zijn opgelost).
2. Voeg chloor toe aan het zwembadwater, totdat u een niveau van 1 tot 1,5 ppm bereikt (ongeveer 1 tot 1,5 g/m
7,2 en 7,5 liggen.
3. Meet na 30 minuten het niveau van het vrije chloor in het zwembad (handmatige DPD1 testkit). Als het chloorniveau tussen 0,8 en 1,0 ppm ligt,
lees dan de waarde af die op het redox-scherm staat en voer deze waarde in als instelwaarde om de elektrolyse/hydrolysecel in/uit te schakelen.
4. Controleer de volgende dag het niveau van het vrije chloor (handmatige DPD1 testkit) en van de redox. Verhoog/verlaag eventueel de instelwaarde.
5. Vergeet niet elke 2 à 3 maanden, of telkens als de waterparameters (pH/temperatuur/geleidingsvermogen) veranderen, de instelwaarde van de
redox te controleren.
Aansluiting
Meting en controle van de Rx als
indicator van het vrije chloorgehalte
6.3. METINGEN – Kalibrering van de temperatuur
Temperatuursensor nodig
voor het activeren van de
filtratiemodus smart.
ENKEL ORIGINELE RESERVEONDERDELEN VAN HAYWARD GEBRUIKEN.
Pagina 7 van 12
6.2. METINGEN – Kalibrering van de redox
6.9 Kalibrering van de redox:
Wordt elke 2 maanden aanbevolen
tijdens het seizoen waarin het
zwembad wordt gebruikt.
Aansluiting
Zwart
Geel
Rood
AquaRite Flo Advanced
6.9
6.10 Kalibrering met een
bufferoplossing (465 mV). Volg de
instructies in 4 stappen die op het
scherm verschijnen.
6.12 Handmatige kalibrering:
Hiermee kunnen de sensoren
worden afgesteld op 1 punt
(zonder bufferoplossing) – alleen
aanbevolen voor het afstellen van
kleine meetverschillen.
6.14
6.14 Kalibrering van de
6.15 Handmatige kalibrering:
temperatuur.
Hiermee kunnen de sensoren
worden afgesteld op 1 punt.
3
water). Het pH-niveau moet tussen
6.10
6.11 Voorbeeld van de eerste
kalibreringstap met een
bufferoplossing.
Voer de 4 stappen uit.
6.12
6.13 Zonder de sensor uit het
water te halen, regelt u met
behulp van de toetsen plus/
min de weergegeven waarde,
zodat deze overeenkomt met zijn
referentiewaarde (lichtmeter of
ander meetapparaat).
6.15
6.16 Corrigeer met behulp van
de toetsen plus/min de waarde
die de sensor aangeeft, zodat
deze overeenkomt met de reële
temperatuur. Druk vervolgens
op OK.
6.11
6.13
6.16
Rev. A

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières