2.2 DE OCULAIRBESCHERMKAP BEVESTIGEN
Haal de lus van de oculairbeschermkap door de opening
aan de rechterkant van de dG (1+2). Haal de kap vervol-
gens door de lus (3) en trek deze strak (4). Je kunt de kap nu
gebruiken om het oculair te beschermen (5).
3. GEBRUIK VAN HET APPARAAT
VOORBEREIDEN
Pas de volgende instellingen aan voordat je het instrument
gaat gebruiken:
3.1 DE OOGDOPPEN AANPASSEN
Pos. A – voor gebruik zonder bril:
Draai de oogdoppen helemaal
tegen de klok in.
Pos. B – voor gebruik met een bril:
Draai de oogdoppen zo ver mogeli-
jk met de klok mee.
92
dG / NL
dG / DE
3.2 INSTELLEN VAN DE BEELDSCHERPTE
Met behulp van het scherpstelwieltje
kun je elk voorwerp scherpstellen,
van de kortste instelafstand (zie tech-
nische specificaties) tot oneindig.
3.3 DIOPTRIECORRECTIE EN SCHERPSTELLEN
VAN DE CAMERA
Pas de dioptrie aan om een zo scherp mogelijke foto te krij-
gen. Stel het dradenkruis scherp door de dioptriecorrectiering
te draaien. Draai de ring vanuit de beginstand (gemarkeerd
op de ring, midden onder) eerst helemaal tegen de klok in
naar links (+). Draai de ring vervolgens met de klok mee
naar rechts (-) totdat het dradenkruis (zwarte lijntjes in het
gezichtsveld) de optimale scherpte geeft. De zwarte mar-
keringen op het dradenkruis duiden tevens het deel van de
digitale afbeelding aan dat gegarandeerd zichtbaar is op
de smartphone/tablet.
Let op:
De instelling werkt het beste als je door de dG naar een
lichtgekleurde muur kijkt die dichtbij is.
dG / NL
dG / DE
93