Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron (zoals een radiator of for-
nuis).
Zorg ervoor dat de lucht rondom het koelapparaat vrij kan circuleren.
Haal ingevroren levensmiddelen die u wilt ontdooien uit het vriesgedeelte en leg ze in
het koelgedeelte. Zo kan de lage temperatuur van de ingevroren levensmiddelen wor-
den benut om de levensmiddelen in het koelgedeelte te koelen.
Als zich een ijslaag heeft afgezet, moet u het apparaat ontdooien. Een dikke ijslaag
heeft een negatief effect op de overdracht van de kou, waardoor het energieverbruik
toeneemt.
Als u de deur gedurende langere tijd open laat staan, kan de temperatuur in de ver-
schillende gedeelten van het apparaat aanzienlijk stijgen. Open de deur maar kort als
u levensmiddelen in het apparaat doet of uit het apparaat haalt. Hoe korter de deur
openstaat, hoe minder kou er ontsnapt en hoe minder energie het apparaat verbruikt.
Hoe korter de deur openstaat, hoe minder ijs zich ook op de wanden van het ijsblok-
jesvak afzet.
Stem de instelling van de temperatuurregelaar (7) af op de hoeveelheid levensmidde-
len die zich in het apparaat bevinden.
10.3. Levensmiddelen in het koelgedeelte bewaren
LET OP!
Mogelijke materiële schade!
Mogelijke beschadiging van de deurafdichting
Gevoelige oppervlakken: De kunststof onderdelen en de
deurafdichting mogen niet in contact komen met olie en
vet omdat de oppervlakken hierdoor poreus en broos
kunnen worden.
Neem de volgende instructies in acht om besmetting van levensmiddelen te voorkomen:
Reinig oppervlakken die met levensmiddelen en toegankelijke afvoersystemen in aan-
raking komen regelmatig.
Bewaar rauw vlees en rauwe vis in geschikte verpakkingen in de koelkast, zodat deze
niet in aanraking komen met andere levensmiddelen of daarop kunnen lekken.
Bewaar levensmiddelen op borden of in daarvoor geschikte verpakkingen.
Verdeel de levensmiddelen gelijkmatig over het apparaat. Zorg dat levensmiddelen
niet in aanraking komen met de achterwand van het koelgedeelte, omdat dit rijp- of
condensvorming tot gevolg kan hebben.
Laat warme levensmiddelen afkoelen voordat u ze in de koelkast plaatst om een hoger
energieverbruik te voorkomen.
Verpak levensmiddelen die gemakkelijk andere geuren aannemen, zoals boter, melk
en kwark, en levensmiddelen met een sterke geur, zoals vis, gerookte etenswaren en
kaas, goed of bewaar deze in een goed afgesloten bak.
122 - Nederlands