Alarmsysteem; Onderhoud; Opsporen Van Storingen - DAB FEKABOX 110 Instructions De Mise En Service Et D'entretien

6. ALARMSYSTEEM (alleen op verzoek geleverd Fekabox 200 l – Fekabox 280 l)
Zie voor details het schema op pag. 34-35
Het alarmsysteem AS1, op verzoek geleverd met bijbehorende instructies,
bestaat uit:
- een elektronische centrale met reservelading
- een vlotter
De vlotter wordt bevestigd aan de binnenkant van de (lege) bak met
behulp van de kabelklem (87) die reeds aan de binnenkant van de bak
geïnstalleerd is.
U dient zich strikt te houden aan de kabellengte tussen kabelklem en
vlotter die is aangegeven in de afbeelding
Voer de kabel van de vlotter uit de bak via de reeds gemonteerde
kabelwartel (149), draai de ring vast en sluit hem aan op het
bedieningspaneel.Alvorens de bak te vullen, dient u de vlotter met de
hand te bedienen, om de werking van het alarmsysteem, dat u eerder op
het net heeft aangesloten volgens de instructies die bij AS1 zitten, te
controleren. Voer een volledige systeemtest uit met schoon water, en
controleer of het alarmsysteem alleen in werking treedt indien de pomp
defect is of er geen netvoeding is.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Vul de bak tot aan het niveau waarop de pomp in werking treedt en schakel de stroom naar de pomp uit.
In deze situatie moet het alarmsysteem niet in werking treden.
2. Vul de bak verder tot aan het niveau waarop het alarmsysteem in werking treedt. Controleer of onder deze
omstandigheden het waterpeil enige centimeters lager is dan het alarmpeil MAX (afbeelding pag. 38).
Wanneer dit niet zo is, de kabel tussen de kabelklem en de alarmvlotter inkorten.
7.

ONDERHOUD

Nadat u het systeem gestart heeft, is het raadzaam het iedere drie maanden te inspecteren en schoon
7.1
te maken; dit geldt met name voor de terugslagklep. Dit mag iets minder vaak gebeuren indien de
eerste inspecties allemaal een positief resultaat opleverden.
7.2 Maak de pomp zorgvuldig schoon en verwijder alle deeltjes die vastzitten op het aanzuigrooster en
controleer of de vlotter vrij kan bewegen. Haal de pomp zo nodig uit de bak.
7.3 Het is raadzaam het systeem tenminste eens per jaar schoon te maken met schoon water en de pomp
hierbij herhaaldelijk te laten draaien.
8. HET OPSPOREN VAN STORINGEN
STORING
1. Er stroomt water uit de
bak en de pomp is in
werking.
(In deze situatie hoort het

alarmsysteem,

indien
geïnstalleerd, in werking te
treden. Als dit niet gebeurt,
dient u de installatie-
instructies van
alarmsysteem
controleren.)
2. Het alarmsysteem,
indien geïnstalleerd,
treedt in werking, terwijl
het systeem normaal
functioneert.
NEDERLANDS
CONTROLES
(MOGELIJKE OORZAKEN)
A. Persleiding verstopt.
B. De pomp is niet correct aangesloten op
de persleiding.
C. Terugslagklep geblokkeerd.
D. Afsluiter gesloten.
het E. Pompkarakteristieken onvoldoende.
te F. Het aanzuigrooster van de pomp is
verstopt.
G. De waaier is versleten of wordt
geblokkeerd door vreemde voorwerpen.
A. Controleer de exacte positie van de
alarmvlotter.
A. Elimineer de verstopping.
B. Controleer of de slede waarop
C. Maak de klep schoon.
D. Open de afsluiter.
F. Elimineer de verstopping.
G. Elimineer de verstopping.
A. Herhaal
40
Fig.C
kort de slang in om
het alarmniveau te
veranderen.
ALARMVLOTTER
HANDELING
de pomp gemonteerd is zich
aan het einde van de slag
bevindt. (alleen voor bakken
van 280 l )
de controles
installatiewerkzaamheden.
en