AUX-AUDIOBRONNEN
Aansluiting: Bluetooth®
Raadpleeg het hoofdstuk "Bluetooth®-
toestellen verbinden/verbinding verbreken".
Nadat Bluetooth® is verbonden, verschijnt
het menu "BT".
Gebruik
Selecteer "BT" in de afrollijst 4 en druk
daarna op de gewenste afspeellijst of audio-
track op het scherm van het multimediasys-
teem.
Alle audiotracks van uw Bluetooth®-toestel
kunnen rechtstreeks op het scherm van het
multimediasysteem worden geselecteerd.
NB: als er verbinding is, kunt u de digitale
audiospeler niet langer rechtstreeks bedie-
nen. U moet de toetsen van het front of van
uw systeem gebruiken.
(3/3)
4
A
Hoofd
5
Selecteren van een track
Om een audiotrack in een map te selecte-
ren, drukt u op "Lijst" en selecteert u vervol-
gens een track A in deze lijst.
Om naar het vorige niveau in de mappen-
structuur te gaan, drukt u op 5.
Standaard worden albums gerangschikt in
alfabetische volgorde.
Naargelang het type digitale speler, kunt u
uw selectie verfijnen met mappen en be-
standen.
NB: gebruik bij voorkeur een USB-verbinding
om uw muziek makkelijker terug te vinden.
Aux-ingang: plugaansluiting
Aansluiting
Verbind de plugaansluiting van de audiospe-
ler met de plugingang van de box.
Gebruik
Selecteer "AUX" in de afrollijst 4 en selec-
teer daarna de gewenste track op uw speler.
Er verschijnt geen aanduiding van de naam
van de artiest of van de track op het scherm
van het systeem.
Lijst
Opties
Om een track te selecteren, moet u recht-
streeks de audiospeler bedienen als de auto
stil staat.
De geluidskwaliteit bij een analoge
ingang (AUX) zal normaalgespro-
ken minder goed zijn dan de geluids-
kwaliteit bij een digitale ingang (USB,
Bluetooth®).
NL.25