972 23 03 C
T
G
F
A
Figuur 10 - Aansluitingsmogelijkheden, (type C13)
Maximale toegelaten rechtlijnige lengte = 3,5 m
vanaf de aansluiting op de ketel (L, fig. 10).
De minimale lengte wordt bereikt met het gebruik van
het geleverde materiaal (aanpasstuk en filter)
Het universeel eindstuk, de verlengstukken Ø 80-125
en bochten zijn toebehoren van FRANCO BELGE
Montage van de muurdoorvoerpijp :
-
Het type van installatie kiezen (fig. 10)
-
De montage uitvoeren van de toebehoren (eindstuk,
verlenginstukken, bochten, akoestische filter en
a a n p a s s t u k ) . D e d i c h t i n g v a n d e l i p v o e g e n
kontroleren. Deze dichtingen moeten op
v o o r h a n d m e t z e e p w a t e r w o r d e n
ingevreven.
-
De plaatsing van de ketel bepalen
t e g e n o v e r
d e
u i t g a n g
muurdoorvoerpijp.
-
Een gat van Ø 150 mm in de muur boren
met een daling van 1% naar buiten.
-
H e t
g e h e e l
muurdoorvoerpijp in het gat schuiven en
het op de aansluitingsdoos van de
m u u r d o o r v o e r p i j p v a n d e k e t e l
aansluiten.
-
Het eindstuk van de muurdoorvoerpijp
in de muur metselen.
-
De muurplaat, de druppelopvanger et
de beschermingsplaat plaatsen.
Kontroleren dat de leidingen luchttoevoer
en rookafvoer goed dicht zijn.
Gebruiksaanwijzing
Voorschriften voor de installateur
A - Aanpasstuk
F - Akoestische filter
L
T - Eindstuk (universeel)
G - Beschermrooster
L - Maximale toegelaten
rechtlijnige lengte = 3,5
m (buiten bocht)
Minimale toegelaten
rechtlijnige lengte. 1 m
v a n
d e
g e m o n t e e r d e
Document n° 1006-1 NL 17/10/2000
2.3.2. Verticale concentrische muurdoorvoerpijp C33
Reglementering :
Het dakeindstuk moet tenminste op 1 m geplaatst
worden van iedere opengaande venster en van ieder
luchtventilatie opening.
Maximale toegelaten rechtlijnige lengte = 8 m vanaf
het deksel (buiten eindstuk) zee L, fig. 11.
2.4. Hydraulische aansluitingen
De stookketel positionneren en de voetjes regelen (# 5,
fig. 3, bl. 4 ) . Herinnering : luchtdoorgang tussen
sokkel en vloer = 15 mm minimum.
Het toestel zal op de installatie aangesloten worden
d o o r m i d d e l v a n U n i o n - v e r b i n d i n g e n o m z i j n
demontage te vergemakkelliken.
Eventueel, de ketel met behulp van flexibels van 0,5 m
van de hydraulishe kringomloop isoleren om het de
geluidsniveau te verminderen dat te wijten is aan
trillende verspreidingen.
•
Een antithermosifonklep op de retour van de installatie
verwarming plaatsen.
•
Indien het toestel op de hoge punt geplaatst wordt van
de installatie (b.v. op de zolder) zal een zekerheid
"gebrek aan water" geplaatst moeten worden.
•
Een veiligheidsklep gekalibreerd op 3 bar plaatsen.
•
De evacuatie van de veiligheidklep op de riolering
aansluiten.
A - Aanpasstuk
F - Akoestische filter
T - Eindstuk (universeel)
L - Maximale toegelaten
T
rechtlijnige lengte
L
Rechtlijnige
leiding
Leiding +
2 bochten van 45°
F
Leiding + 2 bochten
A
van 90° of
4 bochten van 45°
Figuur 11 - Aansluitingsmogelijkheden, (type C33)
Sunasanit 3123V
T
L
L
8 m
7 m
F
A
6 m
7