10-576
De kleuren van het videobeeld zijn
te fel of het beeld is in zijn geheel
te helder.
De kleuren van het videobeeld
contrasteren niet.
In een wooneenheid met
meerdere binnenposten geeft
slechts één binnenpost zwarte
strepen op het videobeeld.
Vervormd beeld.
Het beeld "loopt".
20
De kleurverzadiging staat te hoog ingesteld.
De helderheid staat te hoog ingesteld.
Het videosignaal is te sterk.
De afsluitweerstand op het einde van de lijn steekt niet
op zijn plaats.
Het videosignaal is niet krachtig genoeg.
De afsluitweerstanden zijn niet correct op videoverdelers
geplaatst.
Storingen door overgangsweerstanden.
Storingen door naburige storingsbronnen zoals externe
stroomvoorzieningen of andere elektrische apparaten die
niet afdoend worden afgeschermd.
Ontstane storingen door zwerfstroom als gevolg van
potentiaalverschillen.
Geen correct videosignaal omdat de videoaders zijn
verwisseld.
Het videosignaal laat zich niet synchroniseren.
De kleurverzadiging met de regelknop verlagen.
Helderheid met de regelknop op het station verminderen.
Het signaal van de videobus afzwakken (bv.
draairegelknop op printplaat van de camera werkt enkel
wanneer de afsluitweerstand op de post of op actieve
functie-uitbreidingen.
Steek de afsluitweerstand op zijn plaats
De aansluitdraad van een opgebouwde camera werd
verlengd, hoewel dit eigenlijk niet mag.
De draadlengte tussen twee actieve videocomponenten
werd zonder toelating overschreden.
Signaalverliezen kunnen met draairegelknoppen
op actieve videocomponenten gedeeltelijk worden
goedgemaakt (zie productinformatie van de
componenten.)
Controleer of het aantal videobinnenposten het
voorgeschreven aantal per lijn niet overschrijdt.
De afsluitweerstanden van de desbetreffende
componenten verwijderen. Enkel de laatste video-
component op een lijn heeft een afsluitweerstand nodig.
De P-ader is niet correct aangesloten.
De aansluitcontacten zitten niet goed vast.
De videoverdeler of andere passieve gemonteerde
aggregaten moeten van plaats veranderen.
Controleer hoe uw kabels liggen en probeer om actieve
componenten onder spanning te zetten.
De videobus werkt niet als de polariteit is omgekeerd.
Verwissel de aders V1
en V2.
Controleer of alle aders van de videobus aangesloten zijn.
Stel het signaal eventueel bij.
NL