Zie erop toe dat er geen kinderen met het appa-
raat spelen.
• Als hete of koude componenten van het product/
de installatie tot gevaren leiden, moeten deze
door de klant tegen aanraking worden beveiligd.
• De aanrakingsbeveiliging voor bewegende
onderdelen (bijv. koppeling) mag niet worden
verwijderd wanneer het product in bedrijf is.
• Lekkages (bijv. asafdichting) van gevaarlijke
media (bijv. explosief, giftig, heet) moeten zo
worden afgevoerd, dat geen gevaren voor perso-
nen en het milieu ontstaan. Nationale wettelijke
bepalingen dienen in acht te worden genomen.
• Gevaren verbonden aan het gebruik van elek-
trische energie moeten worden uitgesloten.
Instructies van plaatselijke of algemene voor-
schriften (bijv. IEC en dergelijke), alsook van het
plaatselijke energiebedrijf, dienen te worden
nageleefd.
2.6
Veiligheidsvoorschriften voor montage-
en onderhoudswerkzaamheden
De gebruiker dient ervoor te zorgen dat alle
installatie- en onderhoudswerkzaamheden wor-
den uitgevoerd door bevoegd en gekwalificeerd
personeel, dat door het grondig bestuderen van
de bedieningsvoorschriften voldoende geïnfor-
meerd is. De werkzaamheden aan het product/de
installatie mogen uitsluitend bij stilstand worden
uitgevoerd. De in de inbouw- en bedienings-
voorschriften beschreven werkwijze voor het
stilzetten van het product/van de installatie moet
absoluut nageleefd worden.
Onmiddellijk na beëindiging van de werkzaam-
heden moeten alle veiligheidsvoorzieningen en
-inrichtingen weer worden aangebracht resp. in
werking worden gesteld.
2.7
Eigenmachtige ombouw en vervaardiging van
reserveonderdelen
Eigenmachtige ombouw en vervaardiging van
reserveonderdelen vormen een gevaar voor de
veiligheid van het product/personeel en maken
de door de fabrikant afgegeven verklaringen over
veiligheid ongeldig. Wijzigingen van het product
zijn alleen na overleg met de fabrikant toege-
staan.
Originele onderdelen en door de fabrikant toe-
gestane toebehoren komen de veiligheid ten
goede. Gebruik van andere onderdelen doet de
aansprakelijkheid van de fabrikant voor daaruit
voortvloeiende gevolgen vervallen.
2.8
Ongeoorloofde gebruikswijzen
De bedrijfsveiligheid van het geleverde product
is alleen gegarandeerd bij beoogd gebruik over-
eenkomstig hoofdstuk 4 van de bedienings-
voorschriften. De in de catalogus/gegevensblad
aangegeven grenswaarden mogen in geen geval
worden overschreden of onderschreden.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften – Wilo-Multivert MVIS
3.
Transport en opslag
Controleer het product bij ontvangst direct op
transportschade. Bij het vaststellen van trans-
portschade dient u binnen de geldende termijnen
de vereiste stappen bij het vervoersbedrijf te
nemen.
VOORZICHTIG! Er kan schade aan het milieu
ontstaan!
Indien het product later dient te worden inge-
bouwd, moet het op een droge plek wor-
den opgeslagen. Het product moet worden
beschermd tegen schokken en omgevingsinvloe-
den (vocht, vorst, enz.).
Temperatuurbereik voor transport en opslag:
-30 °C tot +60 °C
Met de pomp moet voorzichtig worden omge-
gaan zodat deze niet vóór de installatie bescha-
digd wordt.
4.
Toepassing
De pomp dient in principe voor het transport van
koud of heet water, water-glycol-mengsel of
andere media met een lage viscositeit die geen
minerale oliën, vaste of abrasieve bestanddelen
of langvezelige materialen bevatten.
VOORZICHTIG! Gevaar voor oververhitting van
de motor!
Voor vloeistoffen met een hogere viscositeit dan
water is een technisch advies noodzakelijk.
GEVAAR! Explosiegevaar!
Gebruik deze pomp nooit voor het transport van
brandbare of explosieve media.
4.1
Toepassingsgebieden
- Watervoorziening en drukverhogingsinstallaties
- Industriële circulatie-installaties
- Koelwatercircuits
- Irrigatie- en beregeningsinstallaties
Nederlands
31