Nederlands
2
Apparaat ontgrendelen, daarvoor
N
de arrêteerhendel (2) in stand ‚
plaatsen
2
Schakelhendelblokkering (3) en de
N
schakelhendel (4) gelijktijdig
indrukken en vasthouden
Alleen als de arrêteerhendel (2) in stand
‚ staat en de
schakelhendelblokkering (3) en de
schakelhendel (4) gelijktijdig zijn
ingedrukt, draait de motor.
244
Schakelhendel
Het motortoerental kan worden geregeld
via de schakelhendel. Als de
schakelhendel verder wordt ingedrukt
loopt het motortoerental op.
3
4
Apparaat uitschakelen
Schakelhendelblokkering (1) en
N
schakelhendel (2) loslaten
3
Arrêteerhendel (3) in stand ƒ
N
plaatsen – de schakelhendel (2) kan
niet worden bediend – het apparaat
is beveiligd tegen inschakelen
Bij pauzes en na beëindiging van de
werkzaamheden de accu uit het
apparaat nemen.
1
2
2
BGA 85